Nieuws: Jeroen Vullings verbaast zich over ‘draak’ van Roxane van Iperen op Librislijst, maar is blij dat er geen ‘modieuze smetvrees’ is voor grote namen
Volgens Het Parool belooft het een ’titanenstrijd’ te worden bij de Libris Literatuur Prijs. ‘Rob van Essen, Ilja Leonard Pfeijffer en Esther Gerritsen treffen elkaar opnieuw. Ook oud-winnaar Tommy Wieringa en bestsellerauteurs Sacha Bronwasser en Roxane van Iperen maken kans,’ schrijft Marjolijn de Cocq. De aanwezigheid van Van Iperen vindt criticus Jeroen Vullings wat minder terecht:
Natuurlijk is er altijd wat te zuchten over nominaties: die draak van Roxane van Iperen nomineren is mal. Maar. Gelukkig geen modieuze smetvrees voor de laatste titels van Wieringa, Pfeijffer en Van Essen. Terechte kandidaten. #LibrisLiteratuurprijs2024 #longlist @Librisnieuws
— Jeroen Vullings (@jeroenvullings) January 29, 2024
Vullings verwijst met zijn tweet naar de longlist van de Boekenbon Literatuurprijs waarop Alkibiades van Pfeijffer ontbrak.
Natuurlijk! Jeroen Vullings vindt Pfeiffer, Wieringa en Van Essen de “terechte kandidaten” om de Librisprijs te winnen. Wie valt op dat het – natuurlijk – drie mannen zijn? Mij. Het is NIET toevallig dat het boek van Van Iperen door Vullings wordt afgeserveerd, en dat Gerritsen en Bronwasser gewoon niet genoemd worden. Dat is het oude mechanisme dat ervoor zorgt dat de Librisprijs in dertig jaar tijd nog maar vijf keer naar een vrouw is gegaan. Laten we dit doorbreken.
(En svp niet zeuren dat de prijs de laatste twee keer wél naar een vrouw is gegaan. Daarvoor was het namelijk vijf keer naar een man.)
Wat een luie take van Jeroen Vullings om geen onderbouwing te geven voor zijn sneer. Lijkt hier wel de gewoonte, indachtig een sneer van Arjan Peters die ik eerder zag nav de longlist voor de Libris. Wat mankeert die mannen?
Vullings is een oelewapper. Ongefundeerd het boek van Van Iperen een draak noemen. Het meervoud van Vulling is trouwens Vullingen en niet Vullings.
Ik vind het boek van Pfeiffer groots, het is een monument van kennis en verbeeldingskracht. De taal is ook erg mooi: langzame zinnen, soms mooi samengesteld, een prachtige klank. Het boek van Sacha Bronwasser heb ik vol bewondering gelezen: de opbouw, de verrassingen en de samenhang plus de beschrijvingen van Parijs, maar ook het psychologisch gehalte maken dit boek ook tot een waardige kandidaat. Ik vind eigenlijk dat na deze twee boeken, die mij weer in literatuur deden geloven, eigenlijk alles wegvalt. Ik moest bij Alkibiades erg aan De berg van Licht van Couperus denken, zij het dat de kennis van zaken van Pfeiffer, gezien ook zijn verwijzingen, eindeloos veel groter is
Ben het met Vullings eens dit boek van Roxanne van Ieperen vond ik een zeer slecht boek, raar verhaal, geen mooi taalgebruik, onsamenhangend, niet te begrijpen en een dom einde.