Kun je jezelf voorstellen zonder vaderland?

Wil iedereen op een vraag altijd een antwoord of kun je ook vragen stellen om de ander aan het denken te zetten, te laten reflecteren, tot inzicht te laten komen, misschien zelfs van mening te doen veranderen? De vragen die de Zwitserse Max Frisch (1911-1991) opstelde behoren tot zijn bekendste publicaties en komen uit het Tagebuch 1966-1971. Nu verschijnt voor het eerst de complete verzameling van alle vragenlijsten, knap vertaald door Els Snick. Het gaat om 12 vragenlijsten met steeds 25 vragen die wel achter elkaar beantwoord moeten worden, gezien de opbouw en in sommige gevallen de vervolgvragen, zoals al in de eerste vragenlijst:

20 Houd je van iemand?
21 En waar leid je dat uit af?

De verschillende lijsten hebben duidelijke thema’s. Over bezit, waarbij de vragen variëren van of je kunst verzamelt en van wie de lucht is. Vragenlijst XII heeft als thema moraliteit en ethiek (Heb je amorele ideeën?/Weet je waar je ethische standpunten vandaan komen, m.a.w. wiens belang deze moraal dient?). Die lijst is nu, samen met lijst XIII over alcohol voor het eerst gepubliceerd. Andere onderwerpen zijn het huwelijk en de hoop, met de intrigerende openingsvragen:

1 Weet je meestal wat je hoopt?
2 Hoe vaak moet een bepaalde (bijvoorbeeld politieke) hoop niet uitkomen voordat je die opgeeft, en lukt je dat zonder meteen op iets nieuws te hopen?
3 Benijd je soms dieren die zonder hoop lijken te kunnen leven, zoals vissen in een aquarium?

Geen eenvoudige vragen, als je tenminste je best wilt doen er antwoord op te geven. Maar dat is met de meeste vragen zo: er zijn korte en snelle antwoorden en uitvoerige en weldoordachte. Het is interessant de vragen op twee manieren te lezen, of misschien wel op drie. Gewoon als vraag, zonder aan het antwoord te denken. Wat probeert Frisch met de vragen bloot te leggen, wat is het doel van bepaalde vragen? Moet je er lang over nadenken, zijn het vragen waar je je makkelijk vanaf kunt maken? Daarnaast kun je als lezer proberen ze te beantwoorden. En hoe eerlijk doe je dat? Lukt het om alle vragen te beantwoorden? De derde manier is aan wie je de vragen graag zou willen stellen, naar wiens antwoorden ben je nieuwsgierig en waarom?

Uit het nawoord blijkt dat kranten de vragen gebruikten voor allerlei formats met losse vragen of hele vragenlijsten. Misschien kent iemand de rubriek nog uit Trouw, die het laatste decennium van de vorige eeuw wekelijks in de krant verscheen. Bekende Nederlanders mochten de vragen beantwoorden. Als je daar thuis de tijd voor kreeg, zal dat makkelijker geweest zijn dan direct in een interview. De vragen vonden ook hun weg naar het theater en zijn tegenwoordig op sociale media terug te vinden.

Zijn de vragen toereikend? Nee, er zijn altijd wel aanvullingen te bedenken of andere vragen om ergens dieper op in te gaan. Zijn de vragen gedateerd? Sommige zeker, daar waar het gaat over seksualiteit of het beeld van vrouwen. En nu zouden er andere vragen gesteld kunnen worden, over klimaat, individualisering, sociale media. Maar andere vragen zijn juist weer heel actueel. Neem die over het thuisland: ‘Waarom bestaan er geen ontheemde rechtse mensen?’ of ‘Hoeveel thuis heb je nodig?’ In het licht van de huidige ontwikkelingen op het gebied van asielopvang interessant om over na te denken, zoals ook: ‘Kun je jezelf voorstellen zonder vaderland?’

Arjen van Meijgaard

Max Frisch – De vragen van Frisch. Vertaald door Els Snick. Borgerhoff & Lamberigts, Gent. 152 blz. € 22,99.

(Foto Hans Gerber, CC BY-SA 4.0, via Wikimedia)