Nieuws: Literatuurgeschiedenis gaat over alle letterkunde voor 1945 en leerlingen mogen ook vertaalde boeken lezen op de eindlijst Nederlands bij de nieuwe concepteindexamenprogramma’s
Sinds een paar dagen staat het ‘Toelichtingsdocument conceptexamenprogramma’s Nederlandse taal en literatuur – vmbo, havo en vwo’ waarin de nieuwe voorstellen voor de eindexamens bij Nederlands zijn geformuleerd online. Onze aandacht gaat vooral uit naar de veranderingen bij het onderdeel letterkunde. Wat opvalt is dat de hoeveelheid boeken is verhoogd, maar dat een deel daarvan vertaald mag zijn. Bij de havo was de minimumeis 8 literaire werken en dat is nu 8-10 boeken, waarvan 6 boeken oorspronkelijk Nederlandstalig. Bij het vwo was de eis minimaal 12 boeken, dat wordt nu 12-14 boeken, waarvan ten minste 10 oorspronkelijk Nederlandstalig. Aangevuld met, dus bovenop deze teksten lyrische teksten. Al met al een achteruitgang voor de Nederlandstalige literatuur.
De oorspronkelijke grens van 1880 die getrokken werd tussen de historische literatuur en moderne literatuur is ook losgelaten: alle teksten voor 1945 horen tegenwoordig bij de historische letterkunde. Waar vroeger een eis werd gesteld van minimaal 3 werken voor 1880 voor de vwo’ers staat er nu een diffusere eis: ‘Lezen van een ruime selectie literatuur uit verschillende tijdvakken uit de Nederlandstalige literatuurgeschiedenis tot 1945, in hertaling of bewerking.’
Alle veranderingen op een rijtje:
vwo
In de linkerkolom staat de situatie zoals die nu is, in de rechterkolom de beoogde veranderingen:
De hele onderbouwing achter concept kun je hier lezen.
14 boeken…toe maar.
Als ze al die woorden maar allemaal kunnen onthouden…
Grappig, soms denk ik dat “wij”, de mensheid, gemeenschappelijk slimmer en individueel dommer worden.
Het is onduidelijk of die historische werken los staan van de lijst. Dan is er één boek winst voor de Nederlandse literatuur. Want dan lees je die oudere werken in het kader van de literatuurgeschiedenis les. Dat is bij mij al de praktijk zodat het toch weer twee boeken verlies oplevert.
Weet iemand hoe ik al die internationale young adults moet gaan bijhouden teneinde een nigszins te kunnen beoordelen wat ll ermee doen?
Mocht ik nu mijn cito maar opnieuw doen en 18 jaar terug de tijd in. Ziet er uit als een spannende leerlijn.
Wat wel heel grappig is, is dat de eerste zin van de nieuwe leerlijn vwo een werkwoord mist.
Heel goed dat Tzum dit in kaart brengt; dit is zo’n cruciale discussie met zo verrassend weinig aandacht ervoor.
Die geringe aandacht verbaast mij ook enorm.
In de praktijk komt het erop neer dat havisten acht boeken blijven lezen (die andere twee zijn immers niet verplicht) en vwo’ers twaalf (idem v.w.b. andere twee boeken). Leerlingen kiezen doorgaans voor het minimale. Van die acht, respectievelijk twaalf, mogen twee boeken vertalingen zijn, dat is een verschraling van de letterkunde.
De vwo-verplichting drie romans voor 1880 te lezen vervalt en vwo’ers krijgen er 65 jaar bij om te ontkomen aan het lezen van vroegere teksten. Naast verschraling, zullen het lesmateriaal, de bestaande methodes, lessen en colleges op de schop moeten nu de lijn voor historische letterkunde bij 1945 wordt getrokken.
En de poëzie? Die komt er opnieuw bekaaid vanaf: “… aangevuld met lyrische teksten.” Dat is multi-interpretabel.
Als docent Nederlands in het vo is er onvoldoende ruimte om de hoeveelheid recent uitgebrachte romans allemaal te lezen. Door de nieuwe eindtermen moet deze vakdocent zich nu ook bezighouden met het niveau en de inhoud van vertalingen. Leerlingen stellen hierover vragen en willen weten hoe of wat. Dit is een extra belasting bovenop de hoge werkdruk; onwenselijk, mede gezien het docententekort.
De makers van Lezenvoordelijst.nl zullen de vertalingen evenmin toejuichen.