Licht maar wel met diepgang

Op zijn eigen website maakt Hans Wap nadrukkelijk onderscheid tussen ‘Werk’ en ‘Poëzie’. In de overzichten met ‘1000 en enige gedichten’ van Gerrit Komrij en Ilja Leonard Pfeijffer komt hij niet voor (in De Nederlandse kinderpoëzie in 1000 en enige gedichten van Komrij dan weer wel, naar het schijnt. Ik heb het niet gecontroleerd).

Toch debuteerde Wap al in 1967 met de bundel Schoten en filtersigaretten. Hij deed dat onder de naam Hans Melchior Wap, misschien om een beetje in de traditie van Willem Frederik, Gerard Kornelis, Herman Pieter, Cornelis Bastiaan en Louis Paul te blijven, zoals Ton den Boon in zijn inleiding tot Waps jongste bundel Een nachtmerrie in een gestreepte pyjama stelt. Maar ‘Melchior’ sneuvelde al snel. Inmiddels hebben meer dan tien bundels het licht gezien.
Een nachtmerrie in een gestreepte pyjama is weer een echte Wap met anekdotische gedichten waarin ironie en humor nooit ver weg zijn.

Sweet memories

het platgegooide Rotterdam
lag om ons heen
als een slecht onderhouden gebit

mijn jonge Duitse moeder duwde de kinderwagen

haar tongval was het begin
van mijn oorlog

het is maar de vraag
of de kinderen van Juliana
ooit uitgescholden zijn
omdat een van hun ouders
een Duits accent had

Zo begint het openingsgedicht en de toon is duidelijk: ook voor wie Wap niet kent (hem niet kent?) spreekt hier een Rotterdams dichter in de beste traditie van Vaandrager, Waskowsky, Deelder en al die anderen die dicht bij de werkelijkheid haast schouderophalend hun poëzie schreven. Lak aan veel, maar niet aan de kunst. Brutaal en provocerend. Een lichte toon maar wel met diepgang. Hans Wap is inmiddels 81, en veel van die anderen zijn al lang dood. Maar er is gelukkig weer een nieuwe generatie Rotterdamse dichters die de stijl en de taal en die houding in leven houden. Daniël Dee, Elfie Tromp, Dean Bowen.

En er zijn natuurlijk ook nog steeds nieuwe gedichten van die oude dichters.

Wormen

zinloos zijn de medicijnen
die wij slikken

overbodig de dokters
met hun kennis van Latijn

want wat we ook doen
en hoe we het doen
fout gaat het altijd

van zitten krijg je aambeien
van lopen blaren op je voeten

je krijgt spataderen van het staan
van liggen een open rug

en van doodgaan wormen

Zoals ik al zei: op zijn eigen website onderscheidt Wap ‘werk’ en ‘poëzie’. En Wikipedia noemt hem een ‘Nederlands beeldend kunstenaar, actief als zeefdrukker, vervaardiger van houtsnedes, grafisch ontwerper, illustrator, wandschilder, tekenaar, schilder, dichter, en vervaardiger van gouaches’. Dieper in de grabbelton van je andere werk kun je een dichter nauwelijks wegstoppen. Maar ook dan mag de wereld weten: dichten doe je niet voor niks. Lees het ‘Intermezzo’ halverwege de bundel:

even een vers
voor iedereen
die mij geld wil geven
of goederen
of een glas wijn
wit, rood of rosé

even een vers
voor iedereen:
ik zit in het café
op de hoek
aan de achterste tafel
en wacht op
je bestelling

Een leuk tussendoortje dit ‘Intermezzo’? Zeker. Maar het biedt de kunstenaar ook een uitgelezen kans om zich als een romantisch dichter te presenteren. Een bohemien die in het café zijn kunst maakt én verkoopt.

Een nachtmerrie in een gestreepte pyjama bevat naast gedichten ook een stuk of twintig tekeningen van Wap. Het zijn kleine, vaak humoristische schetsen die passen bij de gedichten – maar er niet rechtstreeks mee verbonden zijn. Zoek bij voorbeeld de grappige ‘French lesson’ met de tulpen op. En stel vast dat de verschillen tussen de dichter en de beeldend kunstenaar in feite maar marginaal zijn.

Jan de Jong

Hans Wap – Een nachtmerrie in een gestreepte pyjama. De Weideblik, Varik. 72 blz. € 20,00.