Signalement: Diverse auteurs – maar geen bestemming / gedichten over de oude dag
Poëzie voor onze levensavond
De bloemlezing maar geen bestemming / gedichten over de oude dag is een opmerkelijke bloemlezing. Niet zozeer vanwege de uitgekozen gedichten, maar door de reden van verschijning. Die is namelijk medisch van aard, je zou gekscherend kunnen spreken van een therapeutische bundel. Wat is het geval.
De bloemlezing is uitgegeven door het Gents Poëziecentrum, op initiatief van het Consortium for Health Humanities, Arts, Reading and Medicine, Universiteit Gent (CHARM), in samenwerking met de Gentse organisatie Amarant, die als doel heeft kunst en cultuur toegankelijk te maken voor iedereen. Oud worden, zo lezen we in het Voorwoord, lijkt synoniem voor ‘lijden, verdriet, verlies en nutteloosheid’. Daar wil men wat tegenover stellen, namelijk: ‘Teksten die elk op hun manier laten zien dat ook aan het einde van een lang leven poëzie en verbeeldingskracht hun plaats blijven hebben.’
Gedichten voor de oude dag, of die zich nu afspeelt ‘in een rust- en verzorgingstehuis of daarbuiten.’ Wie die gedichten ter sprake moet brengen, wordt in het midden gelaten. Maar het streven is lovenswaardig: ‘Ook de oude dag verdient het om geplukt te worden’.
De bundel bevat 24 gedichten, geschreven door 21 dichters, 13 uit Nederland, 6 uit Vlaanderen, 1 uit Suriname (Astrid H. Roemer) en 1 uit Zuid-Afrika (Antje Krog).
Het zijn de usual suspects als Rutger Kopland, Eddy van Vliet, Leo Vroman, M. Vasalis, Ida Gerhardt. Van drie dichters zijn twee gedichten opgenomen: Judith Herzberg, Gerrit Kouwenaar, Toon Tellegen. De titel van de bundel is ontleend aan het titelloze gedicht van Cees Nooteboom, dat zo eindigt:
hoe de nacht gecorrigeerd moest worden,
de grammatica van onteigening, niemand
nog zichzelf, geen enkele verschijning,
terugtocht na de nederlaagmaar geen bestemming.
Of dit de ouderen vrolijk gaat stemmen, moet afgewacht worden.
Twee dichters in dit gezelschap zijn misschien verrassend: Charlotte Mutsaers en Lidy van Marrising, ze verschijnen niet zo vaak in dergelijke bloemlezingen. Ze hebben hun geboortejaar gemeen: 1942. Op de cover staat een schilderij van Inés van den Kieboom: Oudjes in hun strandcabine uit 1995. De afmetingen van de bundel zijn 20,5 x 27,5 cm, wellicht een tikkie onhandig formaat. De vier samenstellers van deze bloemlezing zijn verbonden aan de Universiteit van Gent: Zoë Ghyselinck (onderzoeker) en Jürgen Pieters (docent) of hebben ander (literair) werk in Gent: Stefaan Goossens (Poëziecentrum) en Milan Lambrecht (Amarant).
Hoe ze tot hun keuze zijn gekomen, wordt niet verklaard. Het is nu een vrij willekeurige selectie gedichten over de oude dag geworden – waarin overigens zeker veel moois te vinden is. En wanneer deze bijdraagt aan het levensgeluk van ouderen, is de missie van CHARME/Amarant natuurlijk geslaagd. Tot slot dit – in de bundel opgenomen – treffende gedicht van Marcus Donckers (1935-2024) oftewel Mark Insingel, zijn schrijversnaam, die tijdens de voorbereiding van dit boek overleed in een Antwerps woonzorgcentrum en aan wie deze bloemlezing is opgedragen:
Straks wordt het zo
laat dat het tijd wordt.
Ik wil dan nog blijven.Zolang als mijn praten
niet stilvalt. Zolangals ik zit en niet opkijk.
Zolang dat kan
duren.
Ko van Geemert
Div. auteurs – maar geen bestemming / gedichten over de oude dag Poëziecentrum Gent, 48 blz. € 22.00.