Recensie: Celeste Ng – Kleine brandjes overal
Barmhartig de vernieling in
Kleine brandjes overal van Celeste Ng is gevuld met levensechte personages die ondanks alle tegenslag nooit cynisch of ongeloofwaardig worden. Hoewel een huis in vlammen opgaat en een baby gestolen wordt, voelt het nooit geforceerd aan: alles volgt elkaar logisch op. Wat het boek uitzonderlijk goed maakt is dat alle handelingen van de personages – dus tot en met babyroof – niet alleen te begrijpen en te billijken zijn, maar de lezer het gevoel geeft dat hij met gemak hetzelfde zou kunnen doen.
Het verhaal centreert zich rond twee families: Mia en haar dochter Pearl, en de familie Richardson bestaande uit twee ouders en vier kinderen. Mia en Pearl leven op een bestaansminimum, met als belangrijkste oorzaak dat Mia kunstfotograaf met matig financieel succes is en ze alleen werkt om het absoluut noodzakelijke te verzamelen. Zo werkt ze bij de plaatselijke Chinees en eten Mia en Pearl vaak Chinese kliekjes die Mia van het restaurant mee mag nemen, slaapt Mia met een matras op de grond en worden kussens als bank gebruikt. Alles moet in een auto passen, en na een jaar op dezelfde plek, als dan de kunstzinnige inspiratie bij die plek op is, verhuizen Mia en Pearl weer. Bij de familie Richardson is dat anders. Ze wonen al generaties is Shaker Height, een strak ingericht stadje met al even moreel strakke regels. Alles is bij hen in overvloed, de kinderen presteren uitstekend op school en zullen naar Yale gaan, vader heeft een goede baan als advocaat en moeder is een gerespecteerde journalist voor de regionale krant.
De families komen met elkaar in contact doordat Mia een flat huurt van de Richardsons. Pearl komt bij de jongste zoon Moody in de klas en ze raken bevriend, zodat Pearl vaak over de vloer komt bij de familie. Mevrouw Richardson, Elena, wil in haar goedheid, maar ook om krediet op te bouwen, iets voor Mia betekenen en biedt haar een baan als huishoudster en kok aan, die Mia met enige terughoudendheid aanneemt. In die hoedanigheid komt Mia in contact met Izzy, de jongste dochter Richardson. Izzy is het zwarte schaap van de familie, vooral moeder Elena heeft de pik op haar – zelfs de pik op je dochter hebben is in dit boek zo uitgewerkt dat je zelf ook de pik op haar zou hebben. Izzy klaagt over een muziekdocent die volgens haar racistisch is. Door haar eigen familieleden zou Izzy wat worden uitgelachen of genegeerd. Mia stelt echter de vraag: wat ga je eraan doen? Alleen deze vraag al wekt een verbondenheid tussen Mia en Izzy. Izzy wil er namelijk wat aan doen, en krijgt zelfs tips. Wat met een doosje tandenstokers en wat voorbereiding en timing bereikt kan worden is fenomenaal. Het leven van de muziekdocent is praktisch verwoest, en toch zou een lezer hetzelfde kunnen doen. Misschien komt het door de registrerende stijl van de schrijfster, waarmee ze nergens partij kiest, dat je als lezer lastig de handelingen van personages kan veroordelen.
Pearl komt daarmee in de invloedsfeer van Elena Richardson en haar kinderen en Izzy in de invloedsfeer van Mia. Het is inmiddels duidelijk dat Mia en Elena in vrijwel alles tegengesteld aan elkaar zijn. De katalysator van het verhaal komt als een bevriend stel van de Richardsons, de McCulloughs, een feest geven voor de eerste verjaardag van het door hen geadopteerde Chinese kind. Pearl is daar en vertelt het aan haar moeder. Mia heeft een Chinese collega, Bebe, die minder dan een jaar geleden haar baby bij de brandweerkazerne achterliet, omdat ze daar niet voor kon zorgen. Nu Bebe via Mia weet waar haar baby is, en haar leven weer op orde heeft, wil ze haar baby terug. De McCulloughs zijn echter dolgelukkig met de baby en willen haar houden. Dit zorgt voor strijd in de rechtbank, via media, verdeeldheid tussen en binnen gezinnen.
Dit roept vragen op: wat is het beste voor een kind, opgevoed worden door haar eigen alleenstaande moeder of door twee rijke ouders? Verspilt een moeder voor altijd haar rechten als ze een baby afstaat? Hoe hard moet je de strijd aangaan? Dit conflict wordt breed uitgemeten in het boek, en als lezer kan je je er het hoofd over breken zonder tot een oplossing te komen. Dat is meteen het belangrijkste thema van deze roman: hoe ga je als moeder om met problematische situaties met je kind? Zo wil een draagmoeder eigenlijk het kind houden en een veelbelovende scholier abortus laten plegen. De personages hebben vaak niet de kennis die de lezer wel heeft en moeten met die gebrekkige kennis zich maar door het leven zien te worstelen. Dat het boek eindigt met een moeder die bezorgd is om haar dochter, terwijl boosheid ook had gepast, geeft aan hoe barmhartig de schrijfster voor haar personages is, dat moederliefde nooit uit te roeien is.
Erik-Jan Hummel
Celeste Ng – Kleine brandjes overal. Vertaald door Saskia Peterzon-Kotte en Anna Livestro. Signatuur, Amsterdam. 352 blz. €19,99.