Recensie: Aja Gabel – Het ensemble
Een overgewaardeerd debuut
Natuurlijk zijn kreten als ‘meest geanticipeerde boek van het jaar in Amerika’ over Het ensemble van Aja Gabel vooral marketing en zal de geïnformeerde burger die met een snufje zout nemen. Een kilo zout zou echter niet genoeg zijn bij dit nauwelijks te verteren boek. Toch begint het niet eens zo slecht. De lezer maakt kennis met vier muzikanten – Jana, Brit, Daniel en Henry – die met zijn vieren een ensemble vormen. Er is nog sprake van een zekere spanning: zullen deze vier bij elkaar blijven en succes behalen of zal iemand, en dan is vooral het voormalige wonderkind Henry een kandidaat, opteren voor een solocarrière? Jana, bij wie het perspectief in het openingshoofdstuk ligt, verleidt een violist die net een masterclass aan het ensemble heeft gegeven. Later blijkt dat hij in de jury zit van een prestigieuze muziekwedstrijd en eist Jana van hem dat hij het ensemble laat winnen, omdat ze anders publiek zal maken dat hij beloofde dat ze zouden winnen als zij met hem naar bed ging. Prima, een strevend personage dat iets wil en ervoor gaat.
Daarmee is de koek ongeveer op, want er wordt niet meer gestreefd en wordt geen plan meer gemaakt, niets meer ondernomen. Het enige wat gebeurt is dat er beschreven wordt wat er gebeurt. Het klinkt wat cryptisch, maar de mogelijkheid om mee te leven met de personages wordt de lezer ontnomen. Je weet niet meer wat ze willen of waarom ze iets willen. Henry bijvoorbeeld. Hij krijgt de mogelijkheid om een solocarrière te beginnen en dat doet hij niet. Het blijft onduidelijk waarom niet. Ook beweert de verteller meerdere keren dat het ensemble erg hecht met elkaar is, maar als lezer krijg je dat gevoel echter geenszins, met andere woorden: alles wordt verteld en niet getoond. Een ander voorbeeld is dat Jana opeens een kind adopteert. Waarom ze dat doet is een groot mysterie. Als ze het kind eenmaal heeft komt ze nooit meer samen met het kind in beeld en zegt ze alleen maar dat het goed is om zonder het kind op pad te gaan en om een nanny te huren. Buiten dat dit gedrag volstrekt onverklaarbaar is, is het ook nog bijzonder ongeloofwaardig dat een adoptie-instantie in Jana – een vrijgezel die over de hele wereld reist – een goede adoptieouder ziet en dat de adoptie zo maar even geregeld is. Verder gaan er ouders dood; gebeurtenissen die meer lijken ingegeven omdat er wat meer drama in het verhaal moest dan dat het plot ermee geholpen wordt.
Een echte verhaallijn is sowieso moeilijk te ontwaren. Misschien gaat het er om dat Henry weg wil uit het ensemble of dat Daniel en Brit dan wel en dan weer niet een relatie hebben? Misschien gaat het om de keuze die mensen moeten maken tussen familie of carrière, maar erg eenduidig is het niet. Waar het ook mis gaat is dat er nauwelijks wordt gehandeld in het nu van het verhaal. Na elke handeling komt er weer een oninteressante flashback die iets gaat verklaren dat helemaal niet verklaard hoeft te worden. Als er wel eens gehandeld wordt, bijvoorbeeld als Jana haar moeder belt en ze elkaar totaal niet begrijpen, toont de schrijfster wel talent. Het is wel weer jammer dat wat overduidelijk misgaat in dat gesprek ook nog nadrukkelijk aan de lezer uitgelegd moet worden. Dat is het grootste probleem van dit boek: sommige oninteressante dingen worden zo expliciet en nauwkeurig uitgelegd.
Wat een sterk punt van het boek zou kunnen zijn, wat ik niet kan beoordelen als amuzikale recensent, zijn de passages over de muziek. Over verschillende optredens wordt precies verteld hoe de muzikanten op elkaar reageren, en er wordt sowieso veel informatie gegeven over klassieke muziek. Elk hoofdstuk, met steeds een nieuw perspectief, krijgt een aantal leesaanwijzingen mee in de vorm van muziekstukken. Het zou kunnen dat deze aanwijzingen de leeservaring meerwaarde geven, maar dit boek kan verder beter geheel ongelezen blijven.
Erik-Jan Hummel
Aja Gabel – Het ensemble. Vertaald door Nicolette Hoekmeijer. Ambo Anthos, Amsterdam, 376 blz. € 21,99.