Curriculum.nu wil dat vwo-leerlingen weer minimaal 18 boeken gaan lezen in de bovenbouw

Op dit moment is er een team van veertien vrouwen (ik kan dus moeilijk het voorheen sekseneutrale meervoud ‘man’ moeilijk gebruiken) bezig om het schoolvak Nederlands, van basisschool tot en met vwo, te vernieuwen. Dat gebeurt bij alle vakken binnen curriculum.nu. Volgens goed Nederlands gebruik is de procedure volledig verpolderd, zodat iedereen het idee krijgt dat je op alle momenten kunt meebesluiten. Bijvoorbeeld nu, nu er een nieuw concept-voorstel op tafel ligt. Over een jaar kom je er dan opeens achter dat je iets waardevols mist, zoals we bij de lerarenopleidingen merkten toen dankzij rommelige procedures van 10voordeleraar opeens de historische letterkunde van het programma was geschrapt. Nog steeds zijn de argumenten daarvoor nog niet openbaar gemaakt, zelfs de notulen daarover zijn niet openbaar.

Gelukkig zetten de vrouwen van Curriculum.nu een stevig tegenoffensief in voor de letteren. Een beetje te stevig, wat mij betreft. Ondanks alle kritiek staat er nog steeds dit doel voor leerlingen in de voorstellen voor de onderbouw:

Ze leren daarbij literaire procedés identificeren, reproduceren en daar mee experimenteren, zoals met het perspectief van de verteller.

Het gebruik van cursieven is heel merkwaardig toegepast bij de voorstellen, alsof iemand willekeurig de cursieftoets mocht indrukken tijdens het typen. Los daarvan: ik heb veel problemen met die nadruk op literaire procedés die uit het botaniseertrommeltje komen van de structuuranalytici die al zo’n vijftig jaar het literatuuronderwijs kapot hebben gemaakt. Die kritiek hebben wij als docentopleiders ook doorgegeven (we polderen allemaal mee), maar er is niets mee gedaan. En die arme leerlingen moeten al zoveel in de onderbouw:

Ik ben blij dat ik niet meer naar school hoef. Het is natuurlijk een enorme put werk voor dat team Nederlands om niet alleen die meningen en opvattingen terug te brengen tot dit plan, maar van de uiterst interessante bijdrage van de meesterschapsteams (die vanuit de academische wereld meepolderen) aan de discussie zie ik nog weinig terug.

Ik vind het opmerkelijk dat voor de bovenbouw, waarvoor alleen ‘aanbevelingen’ zijn geformuleerd, er een suggestie voor een harde eis is geformuleerd:

Stel in alle schoolsectoren een minimaal aantal werken verplicht (suggestie: zes per leerjaar), waarbij leerlingen keuze hebben uit zowel fictie als literaire non-fictie en poëzie, uit zowel historische als hedendaagse, en oorspronkelijk Nederlandse (canonieke) werken als hertaalde/vertaalde teksten. De literaire teksten zijn van belang voor de Nederlandse cultuur en sluiten aan bij de competenties en interesses van de leerlingen of bij het onderwerp of thema dat centraal staat in de klas.

Als je ziet wat er van de leerlingen in de onderbouw wordt verwacht, dan ligt voor de hand om ook daar een suggestie te doen voor een verplicht aantal werken. Ook zes? Iemand die via het vwo naar de universiteit gaat heeft dan in ieder geval 36 boeken (18 in de onderbouw, 18 in de bovenbouw) gelezen. En dan niet meteen toetsen en opdrachten voor leesdossiers maken. Eerst maar eens meters maken.

Nu ga ik verder lezen in een roman, want ik moet dinsdag een recensie inleveren en ik weet nog niet hoe ik die personages en gebeurtenissen moet relateren aan mijn eigen leefwereld en aan maatschappelijke en/of cultuurhistorische ontwikkelingen.

Coen Peppelenbos

(Zie hier hoe Mathijs Lips zijn leerlingen aan het lezen krijgt.)