Column: Over het opschonen van de boekenkast (2)
De Wet van B en de Wet van IJ
Als je erop let, is het opvallend hoeveel schrijversnamen met een B beginnen. Voor de A heb ik aan één plank genoeg, ik kan er zelfs Bakker, Ter Balkt, Barnard, Barnas, Battus, Op de Beeck, Belcampo, Van Beijnum nog op kwijt. Voor de rest van de B heb ik – ná het opschonen – nog vier volle planken nodig en dan moet Buwalda zelfs nog op de plank eronder.
Vroeger, toen ik nog een platenverzameling had (de autocorrectie maakte van het laatste woord: plantencollectie – duidelijk nooit van platen gehoord, mijn autocorrectie), deed zich ditzelfde ook al voor. The Band, The Beach Boys, The Beatles, The Beau Brummels, Chuck Berry, Bobby Bland, Blondie, James Brown en The Byrds namen veel meer plek in dan bands waarvan of artiesten van wie de naam met een van de andere letters van het alfabet begint.
Ik zie het ook bij de buitenlandse schrijvers. Van Babel tot Burroughs is precies een meter en van de tweeënhalve strekkende meter Privé-Domein in mijn bezit wordt veertig centimeter in beslag genomen door schrijvers van Bakker tot Lord Byron, dus bijna een zesde.
Zou hier een wetmatigheid in zitten? Er bestaan helaas geen telefoonboeken meer. Daarin zou in één oogopslag waar te nemen zijn of namen met een B meer bladzijden in beslag nemen dan een zesentwintigste van het totaal aantal. Ik check een willekeurige lijst met namen, die van de vijfenveertig presidenten van de Verenigde Staten en tel vier namen die met een B beginnen: die van Martin van Buren, James Buchanan, George Bush en George W. Bush, wat neerkomt op een elfde van het aantal namen. Waarbij opgemerkt dat Amerikanen de naam van Van Buren waarschijnlijk onder de V catalogiseren. Het aantal presidenten van wie de naam met een C of een T begint, is trouwens groter: dat zijn er van elk vijf. Maar wie weet komt er een president Joe Biden.
Voor alle zekerheid kijk ik ook even in de Moderne Encyclopedie van de Wereldliteratuur uit 1980, tien delen van alles bij elkaar zo’n vierduizend bladzijden. De letter B, waaronder niet alleen schrijversnamen zijn verzameld maar ook begrippen als Byzantijnse literatuur en Bzzlletin (een literair tijdschrift waaraan ik, ja heus, nog heb meegewerkt), neemt verspreid over twee delen 179 en 124 bladzijden in beslag, 303 in totaal, zeg een dertiende.
Enfin, laten we het gewoon de Wet van B noemen, dit verschijnsel.
Kom ik op het volgende. Hierboven noemde ik al Belcampo en Van Beijnum, in die volgorde. Zo staan ze ook naast elkaar in mijn kast, de ij komt alfabetisch immers na de l. Hier doet zich echter een probleem voor: de ij is niet een letter. Als wij de laatste letters van het alfabet benoemen, de x, y en z, zeggen wij: iks, ij (of: ei), zet. De y – ypsilon, Griekse y of i-grec – spreken we in een woord praktisch nooit uit als ij of ei. We kennen de y in baby, yoga, yoghurt, pyjama, boy, bye, acryl, typemachine, gymnastiek etc., dus uitgesproken als ie, ìh, jee, aai. Ik kom zo gauw alleen op het woord nylon dat we uitspreken als nijlon en o ja, vroeger had je ook mensen die zeiden tijpen in plaats van typen. En als de zetter niet oplette, kwam het voor dat mijn naam als Van Dyl in de krant stond.
Als mijn naam wel eens in een register voorkwam, was dat altijd na Dikkerboom, Dillenburg, Dimmersteeg, Dipseldam en Distelstra.
Tegenwoordig is dat anders. Wíj kunnen wel beweren: de ij is gelijk aan de y en dat is dus de voorlaatste letter van het alfabet, maar de computer denkt daar anders over. Die ziet een ij als een i en een j en rangschikt die combinatie dus vóór de i-k, i-l, i-m etc.
Dus toen ik van de week mijn dochter met gevoelens van trots de opgeruimde bovenste planken van mijn boekenkast liet zien, merkte ze op dat Van Beijnum vóór Belcampo moet. Ik hield een betoog als hierboven, maar kon haar toch niet overtuigen. Hier sprak duidelijk een vertegenwoordiger van een vorige generatie.
Nu ben ik bang dat ik opnieuw die vervaarlijk wiebelende trapleer moet beklimmen om de boeken van Van Beijnum en Belcampo om te wisselen. Sterker nog: ik moet alle planken nog eens nalopen om te controleren of ik wel consequent ben geweest. Staat Van der Heijden vóór (het nieuwe regime) of ná (het oude regime) Hermans?
Zo gaat het nog wel even duren met die boekenkast. In elk geval hebben we niet alleen de Wet van B, maar ook de Wet van IJ ontdekt.