Nieuws: Dit zijn de beste boeken van 2020 volgens Tzum
Op Eerste Kerstdag de favorieten van dit jaar volgens de Tzum-medewerkers.
Aart Aarsbergen
* Manon Uphoff – Vallen is als vliegen
Prachtige roman over een gruwelijk verleden. De taal als instrument om woede en verdriet te verwerken. Beklemmend.
* Antonio Scurati – M. De zoon van de eeuw
Indrukwekkende roman over de opkomst van Mussolini, met veel parallellen met het heden. Een verontrustend en donker boek.
* David Mitchell – Utopia Avenue
Heerlijke roman over de muziekscene in de jaren zestig. Over succes en de prijs van de roem. Mitchell kan een verhaal vertellen!
Lex Bijlsma
* Rob van Essen – De goede zoon
Postmoderne science fiction met humor
* Juli Zeh – Neujahr [Nieuwjaar]
Fietsen tegen de wind in zet een heel leven op losse schroeven
* John le Carré – Agent running in the field [Spion buiten dienst]
Loyaliteit in het tijdperk van Brexit en Trump
Roos Custers
1 Andrej Platonov – Verhalen
Tijdloze en onvergetelijke verhalen van een man die in vergetelheid stierf. Prachtig uitgegeven door Van Oorschot, fantastisch vertaald door Aai Prins.
2 Jeroen Brouwers – Cliënt E. Busken
Een van de beste Nederlandse romans van dit jaar. Superieur gemonkel van een oude, hulpbehoevende, machteloze man. Sprankelend, virtuoos, humoristisch.
3a Benjamin Moser – Sontag
Een heerlijke, intelligente biografie van een uiterst gecompliceerde vrouw. Scherp en gedetailleerd komt de ongrijpbare Sontag tot leven.
3b Tilmann Lahme – De familie Mann
Al enkele jaren terug verschenen, nu pas gelezen. Chronologisch, springend van het ene naar het andere familielid wordt een beeld geschetst van een fascinerende familie.
Willem Goedhart
1 Giovanni Boccaccio – Decamerone
In de eerste maanden van de lockdown las ik deze quarantaine-klassieker met buitengewoon veel plezier. Honderd schitterende en vaak hilarische verhalen over al die menselijke ondeugden, die ruim zes eeuwen later nog altijd niet in relevantie hebben ingeboet. De vlotte vertaling van Frans Denissen en het nawoord en de aantekeningen bij elk verhaal van René van Stipriaan maakten het tot een leuk, leerzaam leesfeest.
2 Tonke Dragt – De brief voor de koning / Geheimen van het wilde woud
Naar aanleiding van de bedroevende Netflix-serie herlas ik deze klassieker uit mijn jeugd, en het verhaal boeide me gelukkig nog altijd. Dragt schetst een fantasierijke, aantrekkelijke wereld waarin jonge mensen hun weg proberen te vinden tussen alle spanning en sensatie door. Het tweede, iets minder bekende deel vond ik overigens nog net iets beter, gelaagder en ook verrassender dan het alom bejubelde eerste boek.
3 H.P. Lovecraft – The call of Cthulhu and other weird stories
In een jaar waarin angst tot een collectieve emotie uitgroeide, waren de horrorverhalen van H.P. Lovecraft een dankbare bron van troost en verwondering. De auteur rekent af met klassieke spoken of heksen, en voert in plaats daarvan de mens en zijn gestoorde mentale voorstellingen op, inclusief onverklaarbare of metafysische gebeurtenissen (inclusief monolieten!). Lekker griezelen op de bank terwijl de wereld huivert.
Hans van der Heijde
1 Lázló Krasnahorkai – Baron Wenckheim keert terug
2 Veronique Bizot – Mijn bekroning
3 Arno Schmidt – Uit het leven van een faun
Erik-Jan Hummel
Dit jaar was het moeilijk een top 3 te maken en vooral om de volgende boeken te passeren (die ik wel van harte aanbeveel):
De terugkeer van Esther Gerritsen, psychologisch sterke roman over familieverhoudingen,
Mijn konijn van vaderskant van Etgar Keret, absurde verhalen, maar vooral sterk als het wat realistischer wordt.
Zon van Peter Verhelst, gedichten die je zou moeten prevelen, zoveel emotie en zeggingskracht!
De rustelozen van Olga Tokarczuk, een duizelingwekkende roman met ontelbaar veel verhalen, van de Nobelprijswinnaar.
1 Marieke Lucas Rijneveld – Mijn lieve gunsteling
Vooral het dwingende ritme, dat je haast doet vergeten dat zinnen niet eindigen, maar doorgáán, en doorgáán is zeer overtuigend. Ook knap dat het boek zo levensecht is dat je ervan gruwt.
2 Rob van Essen – Een man met goede schoenen
Verhalen die de lezer keer op keer verrassen, soms binnen dezelfde zin. Verfrissend, vrijwel nooit té absurd en vooral zeer origineel.
3 Jennifer Nansubuga – Makumbi Kintu
Heel veel in één: een geschiedenis van Oeganda, levensechte en uitgewerkte personages, een groot dramatisch einde, wat wil je nog meer?
Jan de Jong
1 Maud Vanhauwaert – Het stad in mij
Monumentaal overzicht van twee jaar Antwerps stadsdichterschap met niet alleen poëzie maar ook tal van andere activiteiten, bijeenkomsten en performances. De dichter deed, kortom, wat dichters willen doen: poëzie brengen aan de mensen van haar stad. Maud Vanhauwaert ontpopte zich als een stadsdichter die je iedere stad zou gunnen.
2 Antjie Krog – Broze aarde
De ondertitel van deze bundel luidt Mis voor het universum. Krog draagt haar mis op aan een wereld die zwaar te lijden heeft onder de verwoestende druk van een van de soorten die erin rondlopen. De bundel volgt in grote lijnen de opbouw van een katholieke (doden)mis.
3 David Mitchell – Utopia Avenue
Hoewel Utopia Avenue (het boek) en Utopia Avenue (de band) natuurlijk fictie zijn, is het verhaal toch stevig geworteld in de late jaren zestig. Mitchell slaagt erin om een periode die hij zelf niet heeft meegemaakt (hij is geboren in 1969), krachtig tot leven te brengen, zelfs voor lezers die er destijds wel met twee benen middenin stonden.
Vincent Kortmann
1 Marieke Lucas Rijneveld – Mijn lieve gunsteling
Na de internationale bestseller De avond is ongemak is dit een sensationele stap voorwaarts. Het stinkt, het kleeft, het broeit en het is het beste boek dat ik dit jaar heb gelezen.
2 Rob van Essen – Een man met goede schoenen
Deze bundel doet niet onder voor Elektriciteit en Hier wonen ook mensen. Het is altijd enerverend om te lezen over een wereld waar de dingen net iets anders gaan dan je zou verwachten. En Scipio doet weer mee!
3 Tove Ditlevsen – Afhankelijkheid
Tijdens het lezen maak je een spectaculaire sprint door het leven van Tove Ditlevsen, maar de werkelijke magie zit hem in de verteltoon.
Rieuwert Krol
* Miriam Rasch – Frictie
* Arnon Grunberg – Bij ons in Auschwitz
* Anne Sexton – The complete poems
Marie-José Klaver
* Jiří Kratochvil – Een bedroefde God
Subtiel absurdistische novelle over de naweeën van de communistische dictatuur en de maffia-achtige macht van de familie, die je alleen al zou moeten lezen omdat een van de hoofdpersonen Zieltje heet. Het meest onderschatte boek van 2019 en 2020.
* Joseph Roth – Rebellie
Een van de vroege romans van Joseph Roth. Een puntgaaf verhaal over verlangen naar zekerheid, de vergeefsheid van verzet en een onafwendbare ondergang.
* Anjet Daanje – De herinnerde soldaat
Een magistrale roman over verlies en identiteit, geschreven in een volkomen eigen stijl, die je nog lang bij blijft, en die vertalingen in vele andere talen verdient.
Reinjan Mulder
Drie boeken die ik dit jaar las en die me goed zijn bijgebleven omdat ze op uiteenlopende wijze eenzelfde thematiek illustreren:
1 Oek de Jong – Zwarte schuur
Niet alleen omdat het een ‘echte’ roman is, over de ontwikkeling van één persoon, die – net als ik – uit de provincie komt en in de grote stad in de kunstwereld verzeild raakt. Maar ook omdat ik de auteur al sinds zijn debuut volg en ik zijn doorzettingsvermogen, zijn groei en zijn zelfonderzoek bewonder. Ik moet nog zien wie van alle debutanten van nu dat over vijftig jaar opbrengt.
2 W.G. Sebald – De emigrés
Verhalen die ik in de jaren negentig las, in de editie van Van Gennep, en toen weggaf aan een jarige vriendin, omdat ik ze prachtig vond en ik geen tijd had gehad om nog boodschappen te doen. Dit jaar moest ik twee keer naar het landelijke Zuid-Beieren, en nam ik ze in de nieuwe vertaling van Ria van Hengel mee om in de stemming te komen, en raakten ze me weer: hoe Sebald via allerlei omwegen mensen opvoert die uit hun vertrouwde omgeving verdreven zijn, en daarna nooit meer de oude worden.
3 René Oey, Apotheek Oey – Een Amsterdamse familiegeschiedenis
Een net verschenen boek in het verlengde van Sebalds ‘emigrés’. Oey Tjeng Sit was jaren lang mijn overbuurman aan de Amsterdamse Prinsengracht, waar hij een chaotisch georganiseerde apotheek dreef, die in plaats van antihooikoorts-poeders moderne kunst in de etalage zette, van hemzelf, maar ook van andere, conceptuele kunstenaars. Zijn zoon René heeft nu, 33 jaar na Oey Tjeng Sits dodelijke fietsongeluk op de Ceintuurbaan, het treurige verhaal geschreven van zijn in Nederlands Indië geboren vader en zijn Nederlandse vrouw E. (Liesje) Oey – De Vita, die aan het Instituut voor Neerlandistiek doceerde en daar onherstelbaar bekneld raakte tussen ambitieuze collega’s en revolutionaire studenten.
Martijn Nicolaas
* Ewoud Kieft – De onvolmaakten
Kieft slaagt erin om een geloofwaardige toekomstige samenleving neer te zetten die een logische voortzetting is van een aantal technologische en maatschappelijke ontwikkelingen. Afstandelijk verteld door een algoritme en daardoor misschien wel des te spannender en angstaanjagender. Bleef lang naspoken.
* Gerda Blees – Wij zijn licht
Ondanks dat Blees haar roman vertelt vanuit het perspectief van dingen en abstracte zaken, is het intens proza dat heel dichtbij komt. Doordat je het verhaal vanuit zo veel verschillende en onverwachte kanten krijgt te zien, kom je steeds dieper in de materie. Een bijzondere en unieke ervaring.
* Raoul de Jong – Jaguarman
De Jongs zoektocht naar zijn vaders voorvaderen is zowel een queeste door de Surinaamse geschiedenis als een zelfreinigend ritueel dat niet alleen hem maar ook de lezer raakt. Dit jaar heb ik veel gelezen van Surinaams-Nederlandse schrijvers en over Suriname en Jaguarman is daar de samenvatting en de voorlopige apotheose van.
Ronald Ohlsen
1 David Van Reybrouck – Revolusi. Indonesië en het ontstaan van de moderne wereld
Een prachtig geschreven en zeer uitvoerig gedocumenteerd boek waarin David Van Reybrouck geen misverstanden laat bestaan over de afschuwelijke rol die Nederland heeft gespeeld in de geschiedenis van Indonesië.
2 Jeroen Olyslaegers – Wildevrouw
Een ode aan de Nederlandse taal en de stad Antwerpen. Het verhaal van een herbergier die in de roerige jaren voorafgaand aan de Tachtigjarige Oorlog in vertrouwen wordt genomen door een geheim genootschap. Daardoor raakt hij steeds dieper in de problemen. Overtuigend en meeslepend.
3 Maggie O’Farrell – Hamnet
Meesterlijke roman over een bijzondere zestiende-eeuwse Engelse familie. De pest waart rond door Azië en Europa en komt ook naar Engeland. Met een hoofdrol voor William Shakespeare als verliefde jongeling en afwezige vader. Wondermooi.
Martin Overheul
1 Joseph Roth – Radetzkymars
De roman vertelt het verhaal van de ondergang van de eens zo trotse familie Trotta, die model staan voor het in ontbinding verkerende rijk waarin ze leven. Een van de thema’s van het boek, dat overigens door de nazi’s op de brandstapel werd gegooid, is het spanningsveld tussen waarheid en leugen, een thema dat 88 jaar na verschijning nog steeds actueel is. Deze nieuwe editie, voorzien van prachtige illustraties door Jan Vanriet, is een fonkelend juweel dat de nagedachtenis van Joseph Roth alle eer aandoet. Een verdiende pluim voor vertaalster Els Snick.
2 Jacub Malecki – Roest
Geraffineerd opgebouwd, elk hoofdstuk is behalve een sprong in de tijd ook een verandering in perspectief. Tijd is geen constante, maar is voortdurend in beweging. Dat geldt evengoed voor het perspectief waarin de lezer zich geplaatst ziet. Heden en verleden lopen dooreen en vullen elkaar aan tot een imponerend geheel: een met zorg, vakmanschap en mededogen geschilderd tableau van twee beschadigde levens.
3 Cherry Duyns – Afscheid
Terughoudendheid als meesterschap. Al toont Duyns tussen de regels door meer dan eens zijn betrokkenheid met zijn moeder, zijn mildheid voor het verleden. De taal waarin dat gebeurt, is kaal, vrijmoedig maar toch ook ingehouden, en uiterst doeltreffend. Afscheid is geen afrekening met een verwrongen jeugd, en al evenmin een egodocument waarin een schrijver zijn falende ouders ter verantwoording roept voor wat ze hem, hun enige kind, hebben aangedaan. Er zit geen gram wrevel of revanchisme in dit boek. Dit is een oprechte elegie die vooral geen jeremiade wil zijn.
Vallen net buiten de prijzen:
Maggie O’Farrell – Hamnet
Gerda Blees – Wij zijn licht
Coen Peppelenbos
1 Gerbrand Bakker – Knecht alleen
Het tweede deel dat Gerbrand Bakker schreef in de prachtige reeks Privé-domein. Een zeer geslaagd deel waarin Bakker zijn zware depressie van binnenuit beschrijft. Hij gebruikt daarbij geen metaforen. Het onderwerp is zwaar, maar Bakker heeft een schijnbaar losse stijl waardoor je als lezer geboeid blijft. En gelukkig klimt Bakker weer uit het dal (oei, een metafoor).
2 Pieter Waterdrinker – De rat van Amsterdam
Een roman die boordevol zit met allerlei verhaallijnen en verwijzingen naar de geschiedenis en de literatuur. Het boeiendste gedeelte gaat over de tijd dat de hoofdpersoon bij de Nationale Armenloterij werkte (wat in feite een keiharde aanval is op de Nationale Postcodeloterij) waarbij de goede doelen een schaamlap zijn om enkele mensen puissant rijk te maken.
3 Edward van de Vendel en Floor de Goede – Gloei
Een prachtig uitgegeven veelkleurig boek vol gesprekken met jongeren die behoren tot een van de letters in de LHBTQIA+-afkorting. Deze jongeren tonen heel open aan de aimabele interviewer Edward van de Vendel welke weg zij hebben moeten bewandelen om te kunnen zijn wie ze zijn. Met fantastische tekeningen van Floor de Goede die de jongeren portretteert in steeds een andere stijl.
Daan Pieters
* Cyro dos Anjos – Ambtenaar Belmiro
* Baltasar Porcel – In galop het duister in
* Michel Leiris – “Kijk! Daar, de engel…”
* Javier Cercas – De koning van het schimmenrijk
Miriam Piters
1 Raoul de Jong – Jaguarman
De Jong schreef een gerijpt kunstwerk: het omvat niet alleen een zoektocht naar zijn vader en naar zijn eigen Surinaamse wortels, of de broodnodige herwaardering van in Nederland te vaak vergeten Surinamers zoals Anton de Kom, Papa Koenders, of een liefdevolle herschrijving van de geschiedenis van Suriname. Het is bovenal een lofzang op de onmiskenbare krachten die in ieder mens sluimeren en die we meer zouden moeten koesteren.
2 Marieke Lucas Rijneveld – Mijn lieve gunsteling
De tweede roman van deze volbloed auteur neemt je mee in een ijlende koortsdroom die je naar adem doet snakken. In dit waanzinnige schimmenrijk van de fantasie ga je ongebreidelde compassie voelen voor een personage dat je tegelijkertijd doet walgen. Het andere personage wil je tegen zichzelf in bescherming nemen, tegen haar onstuimige verlangen om gezien te worden, om niet onopgemerkt te zijn.
3 Gerda Blees – Wij zijn licht
Blees presenteert in een knisperende stijl de meest bizarre vertelperspectieven (brood, sokken, licht, cognitieve dissonantie) en toch voelen ze volstrekt natuurlijk aan. Je aanvankelijke oordeel over de dood in een woongroep van mensen die denken alleen van licht te kunnen leven komt op losse schroeven te staan. Kan het een ander aangerekend worden als een volwassene besluit te stoppen met eten? Is er dan sprake van nalatigheid? Waar eindigt individuele verantwoordelijkheid en gaat die over in gemeenschappelijke zorgplicht?
Maarten Praamstra
Edward van de Vendel – Gloei, interviews en gedichten
Maud Vanhauwaert – Het stad in mij
David Markson – Wittgensteins minnares (vertaling: Erik Bindervoet en Robbert-Jan Henkes)
Koen Schouwenburg
1 Kate Kirkpatrick – Simone de Beauvoir. Een leven
2 Thomas Bernhard – De onderspitdelver
3 Jeroen Brouwers – Cliënt E. Busken
Doeke Sijens
1 Simon Vestdijk – De filosoof en de sluipmoordenaar
2 Simon Vestdijk – Ierse nachten
3 Simon Vestdijk – De vuuraanbidders
Bart Temme
1 Marieke Lucas Rijneveld – Mijn lieve gunsteling
Knap hoe Rijneveld met enkele thema’s uit De avond is ongemak een totaal andere roman kan schrijven. Dit boek laat zien hoe belangrijk stijl is. Door de meanderende zinnen en de gedurfde beeldspraak word je als lezer een wereld ingetrokken die aan de ene kant beklemmend is, maar aan de andere kant verslavend werkt. Daarnaast word je op bijna elke pagina verrast door verwijzingen naar de geschiedenis, literatuur, kunst en films die naadloos aansluiten bij de thematiek van de roman, zonder dat dit expliciet wordt benoemd.
2 Gerbrand Bakker – Knecht, alleen
Opnieuw een prachtige Privé-domein van Bakker. Ongeveinsd gaat hij op onderzoek uit om woorden te vinden voor zijn depressie. Misschien kun je beter zeggen dat hij door zijn verhaal een ander beeld schetst dan alle platitudes rondom dit onderwerp. Net als in zijn andere werk zit er ook voldoende humor in dit boek die voor de nodige tegenwicht zorgt. Dit zijn de redenen waarom je een deel uit het de reeks Prive-domein wilt lezen. Hopelijk leggen ze Bakker vast voor vervolgdelen.
3 Stefan Hertmans – De opgang
Het verhaalgegeven van dit boek – een man kiest in de Tweede Wereldoorlog voor de foute kant – kennen we uit andere romans, films en verhalen. Alleen giet Hertmans dit gegeven in een genre waarmee we in eerdere boeken van zijn hand al vertrouwd raakten. Heel soepel mengt hij non-fictie met fictie én zijn eigen autobiografie, zonder dat dit te doorzichtig voor de lezer wordt. En dan kun je ook nog eens vele mooie zinnen markeren in dit boek.
Wiebren Rijkeboer
* David Mitchell – Utopia Avenue
* Emily St. John Mandel – Het glazen hotel
* Téa Obreht – Achterland