Column: Coen Peppelenbos – Icons in Leeuwarden
Icons in Leeuwarden
Normaal is Leeuwarden de plaats waar ik werk, maar de afgelopen dagen was de Friese hoofdstad het decor van een familieweekendje uit. Natuurlijk hoorde daar een bezoek aan het Fries Museum bij en toevallig waren wij de eerste echte bezoekers op de eerste dag van de tentoonstelling Icons. Het personeel stond binnen een klaar om ons stipt om 11 uur binnen te laten. Buiten stond een bordje dat alle kaarten voor de hele dag al waren uitverkocht. Wie niet gereserveerd had, kwam niet binnen.
Een museum opent een tentoonstelling meestal in twee (en in coronatijd soms drie) stappen. Eerst mogen de genodigden en journalisten rondkijken. Ik heb dat een paar keer meegemaakt en dan bevind je je in een bevoorrechte positie. Er is meestal drank bij en happerij; de culinaire extravagantie is afhankelijk van de grootte van de expositie. Alles wordt uit de kast gehaald om jou mild te stemmen, omdat je als journalist of hotemetoot voor een beetje buzz moet zorgen. Een dag daarna is de opening voor het gewone volk. Zonder drank en blokjes kaas. Dat was zaterdag. Dan worden de deuren van slot gehaald en moet je nog even wachten tot de draaideuren in werking zijn gezet.
Er heerste een vrolijke spanning in het museum. Een fantastische collectie portretten uit de National Portrait Gallery is dankzij een renovatie in Londen tijdelijk te zien in Leeuwarden. De vorige tentoonstelling over borduurkunst was waarschijnlijk ook erg interessant, maar een tentoonstelling waar je werk van Freud, Hockney, Gluck bij elkaar ziet (en dat is al direct in het begin) en waar je onnoemelijk veel schrijversportretten tegenkomt (waaronder van de Brontë-zussen, Radclyffe Hall, T.S. Eliot, Dylan Thomas en Shakespeare om er maar een paar te noemen) heeft toch mijn voorkeur. Dit is een van die tentoonstellingen die je niet mag missen, omdat je deze schilderijen nooit weer zult zien in Nederland.
Bij het museum wisten ze dat. De medewerkers stonden een beetje te glunderen dat ze zoiets moois in huis hadden. Dat dit gelukt was. Op de eerste verdieping stond de directeur iedereen persoonlijk te verwelkomen. De glans van de culturele hoofdstad keerde een beetje terug. Toen we twee uur later het museum weer verlieten, namen we een klein beetje glunder mee naar buiten.
Coen Peppelenbos
De tentoonstelling Icons: topstukken uit de National Portrait Gallery is nog te zien tot 9 januari in het Fries Museum.