Recensie: Désanne van Brederode – Zielland
Zand in de machine
Het ‘Wat als…’ van de geschiedenis is al voor veel schrijvers een bron van inspiratie geweest. Maar het ‘Wat als…’ dat Désanne van Brederode in haar nieuwste roman Zielland naar voren schuift, is op het eerste zicht wel heel specifiek en misschien zelfs ietwat onbeduidend. Wat als Joseph Goebbels, Nazipropagandaminister pur sang, in 1938 zijn vrouw Magda verlaat en met zijn Tsjechische minnares annex filmster Lída Baarová naar Japan vertrekt om stropdassen te gaan verkopen. Geen oninteressante opzet, maar welke significante afslag in de geschiedenis, brengt deze ‘Wat als…’ teweeg? Wat is er zo definitief anders aan deze versie van de geschiedenis?
Van Brederode laat de lezer daarover erg lang in het duister tasten. In bloemrijk geschreven dagboeknotities krijgen we toegang Goebbels’ gedachten, terwijl hij zijn weg probeert te vinden in deze, door hem zelf verkozen, nieuwe werkelijkheid. Hij mist zijn kinderen, zijn vaderland en vooral zijn vooraanstaande positie als aanjager van de meute. Japan vindt hij daarentegen eigenlijk maar een tikje saai en smakeloos: ‘Het probleem is dat het gele ras er geen benul van heeft hoe het de fantasie moet prikkelen.’
Zo reutelt Goebbels, bij monde Van Brederode, pagina’s lang door over al zijn fantasieën, verlangens en ideeën. Losgetrokken van zijn geliefde Führer is de anders zo gesjeesde propagandist niet veel meer dan een dronken oom met filosofie diploma tijdens het kerstdiner. Hij blijkt er dan ook behoorlijk wat theorietjes op na te houden. God, het jodendom en zelfs de vrouwenemancipatie passeren de revue. Goebbels blijkt ook nog eens visionair, als hij haast achteloos de vluchtelingencrisis, pitloze druiven en de uitvinding van de mobiele telefoon voorspelt:
Ik voorzie een medium, draagbaar, met de snelheid van het licht, dat als spiegel op de wereld en als zakspiegel kan dienen, niet eens beurtelings, maar in een en dezelfde tel, waarbij die twee spiegels zich geleidelijk naar elkaar modelleren, omdat ze alles van elkaar registreren en onthouden.
Sommige van die gedachten sprankelen meer dan anderen, maar als lezer blijf je je afvragen waar nu dat ‘Wat als…’-moment blijft. Wanneer wordt de keuze om de geschiedenis anders te laten verlopen binnen de grenzen van de fictie nu echt fundamenteel? Helaas nergens echt. Op de laatste pagina’s komt er wel nog iets van een aap uit de mouw, iets met de russen en een ongeboren dochter, maar op dat moment ben je als lezer al behoorlijk murw geslagen. Het lijkt Van Brederode vooral om de ideeën te doen te zijn, om het vatten van de denkwereld van deze illustere figuur. Maar zolang die denkwereld nergens gevat wordt in een concrete omgeving kan ze blijven zweven, zonder ooit ergens te moeten landen. Zo zweef je in Zielland van gedachten naar gedachten, zonder echt de weten waar deze naartoe gaan of hoe ze zich tot elkaar verhouden. Je verzandt in biografische details, zonder het leven te kunnen overzien. Omdat een helder kader ontbreekt, wordt de door Van Brederode opgeworpen historische hypothese nergens echt consequent. Dit resulteert hier en daar in een bijzonder uitputtende leeservaring, iets waar Van Brederode zich haast bewust van lijkt te zijn:
De beste ideeënroman die men in deze chaotische tijden kan schrijven, bestaat niet uit taal, maar uit daden. Filosofische en ethische reflectie, religieus gedreven gewetensonderzoek en zelfs bespiegelingen over kunst en esthetiek strooien alleen maar zand in de machine.
Jammer daarbij is vooral dat Goebbels, en daarmee ook Van Brederode, zo weinig oog voor zijn/haar omgeving lijkt te hebben. In 1938 is Japan namelijk, net als Duitsland, een kruitvat dat op het punt van ontploffen staat. Verschillende politieke stroming botsten er tegen elkaar op in een stroom van politiek geweld, die ook vandaag nog weerklank vindt. (Zie bijvoorbeeld de moord op oud premier Shinzo Abe afgelopen zomer.) Deze geschiedenis gaat helemaal buiten Goebbels’ narcistische blik om en die blik heeft ons daarom, als westerse lezer, ook weinig nieuws te bieden. Zielland vervalt daarmee tot de zoveelste poging om de banaliteit van de Nazigeest te vatten, in plaats van ons een fris perspectief te bieden op nationalisme en totalitarisme wereldwijd.
Jonathan van der Horst
Désanne van Brederode – Zielland. Querido, Amsterdam. 270 blz. € 22,99.
Een recensent die stelt dat Japan in 1938 een ‘kruidvat’ was, is niet de aangewezene om deze rijke roman te beoordelen.
Vooral de eindredactie die even niet oplette, maar we hebben er kruitvat van gemaakt.
Ik kon er niet doorheen komen. Een brei aan woorden, veel vooral, kernloos wat mij betreft.