Strips: Dany & Yann – Robbedoes en Blue Gorgon
Een stoer pilotenjack en een modieuze kuif
Het eindoffensief van stripuitgevers in het Nederlandse taalgebied loog er niet om, in de laatste twee maanden van 2023. Het werd een enorme berg strips, met titels die keurig vragen om een beetje aandacht van de lezer, de koper en de beschouwer. In stripwinkels verdwijnen die boeken na verloop van tijd van de nieuwighedenplank naar de alfabetbakken, en daarmee uit het oog. Jammer, vooral als er een album verschijnt dat ook om een andere reden interessant is. Robbedoes en Blue Gorgon is zo’n strip. Het verscheen een tijdje terug, als een van de titels uit de Robbedoes door…-reeks, een serie losstaande verhalen die worden gemaakt door steeds verschillende auteurs en die zich afspelen in het Robbedoes-universum (in Frankrijk geestig de Spirouverse genoemd).
Robbedoes en Blue Gorgon is van het gelegenheidsduo Dany en Yann, twee heren die al een tijdje meegaan in het vak. De tachtigjarige Dany is bekend van de klassieke stripreeks Rozebottel. Hij zette zich ook met veel bravoure aan de erotische Rooie Oortjes-strips, want gezegd moet worden: Dany houdt wel van een lekker cliché. Zijn vrouwtjes hebben altijd een zwoele oogopslag, een pront voorsteven en een wespentaille die fijn geaccentueerd wordt door de opgeknoopte blousonnetjes en halflange tanktopjes – afijn, de mannen voor wie deze gesneden koek bedoeld is, weten allang waar dit naartoe gaat.
Scenarist Yann wordt dit jaar zeventig, maar neemt net als Dany nog geen gas terug. Zijn scenario’s zijn op de klassieke leest geschoeid en dat valt bij veel oudere lezers in de smaak. Yann is populair en veelgevraagd. Humor, spanning en avontuur zijn de ingrediënten waar hij graag mee werkt. Ook Robbedoes en Blue Gorgon is een verhaal dat bol staat van de actie – zonder meer.
Maar het is ook een verhaal met veel kwinkslagen, inside jokes en actuele verwijzingen. De thematiek is politieker dan normaal, het taalgebruik is grover (fuck dit en fuck dat) en de dialogen zijn veel minder onbekommerd dan we van een Robbedoesstrip gewend zijn. Het gaat bijvoorbeeld over de volgzaamheid van embedded journalisten, leugens en eufemistisch taalgebruik van politici, oplossingen die het gemakkelijkst gaan met wapens en over de macht van rijke enkelingen die kunnen beslissen en bepalen. Deze Robbedoes, ooit een kinderstrip in een tijdschrift voor de jeugd, is misschien veel minder voor kinderen en meer voor de kopers van strips – mannen van vijftig plus.
Als je dit idee doortrekt, dan snap je ook beter dat alle vrouwen in het verhaal een flinke boezem, strakke buik en ronde billen hebben. Het is overdreven aangezet, iedereen lijkt op elkaar. Tel daarbij op dat ze dommig worden opgevoerd, of als blote entourage in het zwembad van de grote slechterik van het verhaal ronddobberen. Het scheelt dat de stoere jongedames die zich tegen de plastic soep en fastfood verzetten (over het verhaal zelf later meer) een strak, blauw latexpakje als outfit hebben gekozen. En lenig dat ze zijn.
Dan valt ook op dat de voltallige bemensing van de ISS Obama, het ultracoole vliegdekschip dat op jacht is naar de eco-terroristen die zich ophouden onder een berg plastic soep, bestaat uit karikaturale donkere militairen. Dat maakt het plaatje is compleet. Het zijn de stereotypen waar de oudere lezer vaak minder zwaar aan tilt dan de jongere generatie. Over jongeren gesproken: die zijn in het verhaal goedgelovig en volgzaam. Ze denken dat ze de wereldproblemen kunnen oplossen door zoveel mogelijk hamburgers te eten, omdat ze dat wordt verteld. Verder gaat het niet echt.
Waar het interessant wordt, is hier: het verhaal is veel te complex en gelaagd voor een kinderstrip en op het infantiele af voor volwassenen. Het is niet spannend genoeg voor een strijd tussen het militaristische grootkapitaal en de eco-terroristische grassroots-beweging. Zelfs door het zo op te schrijven, klinkt het al raar. Want Robbedoes en Kwabbernoot hangen erbij en doen maar wat, raken overal zomaar verzeild en beslissen in een nanoseconde wat het beste is om te doen. Dat het spektakelstuk op het einde wordt uitgelegd tijdens een samenvattend gesprekje is te veel van het goede, net als die bijdehante kuteekhoorn waarvan je hoopt dat die in een noot stikt of wordt vertrapt door een militair.
Iets opvallends zien we al op het voorplat: Robbedoes heeft zijn piccolopetje en zijn rode pakje met gele knopen ingeruild voor een stoer pilotenjack en een modieuze kuif. Waar zagen we zo’n make-over eerder? Verdomd zeg, werd er een paar jaar geleden niet met veel bombarie het nieuwe uiterlijk van Suske en vooral Wiske aangekondigd? Jazeker, dat was om de jeugd weer het gevoel te geven dat de twee oerfiguurtjes met de tijd meegaan, net als hun lezerspubliek. Geen kind droeg de kleren van Sus en Wis nog, dus de uiterlijke transformatie was om de avonturen van de twee te laten aansluiten bij de belevingswereld van de jeugd van nu. Dus dezelfde jongeren die met deze ingreep natuurlijk massaal weer zouden aanhaken.
Het liep anders. Er was vooral veel te doen over de borstjes van Wiske, de jeugd kwam niet terug (iets met internet, telefoons en Netflix) en intussen verschijnen er, net als bij Robbedoes, albums van Suske en Wiske in een buitenreeks, met luxe versies van 65 euro en een ultraluxe variant van 150 euro. Gewoon, omdat de vijftigplussende verzamelaars zo de toko draaiende houden, want die kopen het.
Dan nu naar de recensie van Robbedoes en Blue Gorgon, een verhaal met vaart en genoeg amusement voor een lang uur lezen. De struise onderzoeksjournaliste IJzerlijm is geïnfiltreerd in de Blue Gorgon, een feminien eco-vandalismecollectief dat de strijd aanbindt met fastfoodketens die de mens en de aarde te gronde richt. Hun acties zijn ludiek en worden opgepikt door de massaal filmende jeugd die alles op internet kiept. Dat helpt de boodschap en de populariteit van de groep.
De man die er het meeste last van heeft, is Simon Santo, een fastfoodgigant en Donald Trump-lookalike die alles in het werk stelt om de dames uit te schakelen. Daar komt bij dat zijn vriendin Lara, een jonge influencer, is ontvoerd door de blauwe dames van Blue Gorgon, die ineens uit een radicaler vaatje tappen. Vanaf dan gaat het verhaal alle kanten op en komen Robbedoes en Kwabbernoot iets op het spoor, via een oude bekende. Het is dan actie, actie, actie, met helikopters, vliegdekschepen, bikini’s, onderzeese toestanden en veel plastic. De twee nemen geen stelling, ze laveren voortdurend en laten zich onbehoorlijk gedrag welgevallen – feitelijk staan ze nergens tegen op. Ze zijn slap en niet overtuigend.
Het verhaal heeft geen morele bijbedoelingen. De lezertjes van Robbedoes waren vroeger lid van de Robbedoesvrienden (‘Een Robbedoesvriend is steeds hulpvaardig en bereidwillig voor iedereen (…) niet bang zijn handen vuil te maken, maar is zuiver in gedachten, woorden en werken’). Voor de lezers van Robbedoes en Blue Gorgon is het uiteindelijk vooral de bedoeling dat je accepteert dat de wereld corrupt en ziek is. En als onze helden dan liggen te genieten van een welverdiende vakantie op de Caraïben, zegt Kwabbernoot dat het vast stom klinkt, maar ‘nu ik hier op dit mooie, schone, sprookjesachtige strand lig te genieten, heb ik ineens zin in een grote portie friet met een stevige schep mayonaise erop’.
Stefan Nieuwenhuis
Dany & Yann – Robbedoes door… Robbedoes en Blue Gorgon. Dupuis. 88 blz. € 11,00.