Recensie: Paul Auster – Het boek der illusies
De onderstaande recensie komt uit 2002
Verdwenen acteur duikt op
Paul Auster is een schrijver naar wiens boeken je reikhalzend uitkijkt. Zijn roman Timboektoe, over het leven van een hond, was een tegenvaller, maar dat mag in een meer dan schitterend oeuvre. Austers boeken zitten vol geheimzinnigheid, raadsels die zichzelf vergroten en hoofdpersonen die, net als de lezer, nieuwsgierig zijn naar de afloop van het verhaal. Het boek der illusies behoort tot zijn beste werk.
Als David Zimmer zijn vrouw en kinderen verliest bij een vliegtuigcrash, raakt hij in een depressie. Hij lacht pas weer voor het eerst als hij op tv een fragment ziet van een stomme film met Hector Mann die de kluchtige hoofdrol speelt. Hij neemt verlof van zijn baan bij de universiteit en reist de wereld rond om de unieke exemplaren van de films van deze vergeten komiek te bestuderen. Er bestaan maar weinig films en van de acteur is niet veel bekend, omdat hij al vroeg in zijn leven spoorloos is verdwenen. Nadat Zimmers boek verschenen is, neemt opeens een vrouw contact met hem op om hem uit te nodigen voor een bezoek aan de nog levende, maar stokoude Mann.
Een fascinerend gegeven. Een hoofdpersoon die door komische films aan rouwverwerking doet. Auster kan met deze uitgangspunten de spanning moeiteloos vasthouden. Je wilt weten wie Hector Mann is; je wilt erachter komen waarom hij verdwenen is. En elke keer maakt Auster de raadsels groter.
Er komt een vrouw naar Zimmer toe die hem onder bedreiging naar Mann wil brengen. Wie is die vrouw? Zij maakt duidelijk dat er ook nog veel geheime films bestaan, van na de verdwijning. Wat zijn dat voor films? Zo gaat het maar door. Er komen verklaringen, die meteen nieuwe vragen oproepen. Door de spanning lees je het boek in ijltempo uit. Pas naderhand vraag je je af of alles wel zo geloofwaardig is. Een verdwenen acteur, geheime films, een poging tot ontvoering, onopgeloste moord – ja, ook dat nog – en natuurlijk een opbloeiende liefde.
Blijkbaar maakt dat allemaal niets uit tijdens het lezen zelf: je gelooft alle ongerijmdheden. Maar Auster is niet voor niets een groot schrijver. Als hij een roman Het boek der illusies noemt, weet je dat hij met dat gegeven speelt. Dat je uiteindelijk bij de neus genomen wordt. Als dat op deze virtuoze manier gebeurt: met graagte!
Coen Peppelenbos
Paul Auster – Het boek der illusies. Vertaald door Mea Flothuis. De Arbeiderspers, Amsterdam, 278 blz.
Deze recensie verscheen voor het eerst in de Leeuwarder Courant op 1 november 2002.
Fantastisch boek, geweldige schrjiver!