Recensie: Arthur Japin – Het Stravinsky-spel
Godot kan komen
In Geluk, een geheimtaal, het tweede boek dat Arthur Japin uit zijn dagboeken samenstelde in de reeks het Privé-domein, lees veel je over de reizen die zijn partner Benjamin Moser maakte ter voorbereiding van zijn biografie over Susan Sontag. Op veel van die reizen vergezelde Japin hem en hij is bij veel gesprekken met vrienden, collega’s en familieleden van Sontag aanwezig geweest. Van dichtbij heeft hij de biografie, die later de Pulitzer Prize zou winnen, zien ontstaan. Dat Susan Sontag de centrale figuur zou worden in de nieuwe roman van Japin vond Moser wel intrigerend, zei hij toen Roos Custers en ondergetekende hem daarnaar vroegen in de talkshow Onder de vulkaan. Juist omdat een romanschrijver de feiten anders kan rangschikken of anders monteren om een bepaald idee naar voren te laten komen.
De centrale figuren in Het Stravinsky-spel zijn Susan Sontag en haar jeugdvriend Cody Garner. De laatste figuur is verzonnen, stelt Japin in het nawoord, maar hij is wellicht nog interessanter dan Sontag. Van haar weten we, mede dankzij die uitstekende biografie, al heel veel. In hun jonge jaren is de reden om met elkaar op te trekken vooral de herkenning dat zij beiden buiten de groep staan. Beiden zijn geïnteresseerd in literatuur en kunst, beiden zijn zoekend in de liefde. Cody als man die schoorvoetend voor zijn homoseksualiteit uitkomt, zij biseksueel die vroeg trouwt met een oudere professor en een zoon krijgt, maar later vooral relaties met vrouwen krijgt, waaronder haar laatste geliefde, de fotografe Annie Leibovitz. Leibovitz speelt nog een bijrol, al is zij vooral aanwezig om te laten zien hoe harteloos Sontag kon zijn tegenover mensen, inclusief haar zoon, kon zijn.
Tijdens en na de oorlog kon je in Los Angeles nog veel wereldberoemde schrijvers en kunstenaars tegenkomen. Zo zien Susan en Cody dat Igor Stravinsky een concert bijwoont waar een van zijn stukken gespeeld wordt. Het idee dat deze componist evenals de schrijver Thomas Mann zo dichtbij is, geeft hen het idee voor het Stravinsky-spel. Hoeveel jaren van je eigen leven zou je opofferen zodat deze componist nog een groot stuk zou maken? Of deze schrijver nog één geniaal boek? Het is een risicoloos spel dat een contrast vormt met de periode tientallen jaren later waarin zij, inmiddels zelf beroemd en een icoon van intellectueel Amerika, tijdens de Balkan-oorlog afreist naar Sarajevo om daar terwijl de stad belegerd en beschoten wordt in een theater met schaarse middelen en hongerige acteurs Wachten op Godot van Samuel Beckett te regisseren. Er zijn veel manieren om dat stuk op te voeren, maar de opvoering tijdens een oorlog in oorlogsgebied geeft een aparte dimensie aan het toneelstuk, blijkt uit de reacties van de acteurs:
‘Alles voor de kunst,’ lachte Hawa bitter.
‘Het is waar,’ zei Susan, ‘iedere tekst van Beckett die tot nog toe absurdistisch klonk, is de stem van willekeurig wie in Sarajevo.’
‘Toen Beckett zijn stuk schreef, was het een metafoor. In Parijs, in ’53, waren de figuren geen personages, maar ideeën. maar hier, veertig jaar later, zijn het mensen, voor iedereen herkenbaar, wachtend zonder uitzicht, net als wij.’
‘In elk geval,’ plaagde Hawa haar man, ‘zijn jullie de eerste bezetting van dat stuk die geen grimeur nodig zal hebben om er ellendig uit te zien.’
Dat de grote Susan Sontag naar Sarajevo gekomen was om een toneelstuk te regisseren, was van onschatbare waarde al probeerden enkele kranten daarin een ijdele actie te zien. Ze werd zelfs een ramptoerist genoemd in de pers. Voor de acteurs en voor de toeschouwers die in de rij stonden, was het een symbolische daad die kracht gaf. Het Stravinsky-spel in het echt: dagelijks je leven riskeren om iets hoopvols tot stand te brengen. Godot kan immers komen! Niet voor niets is het plein voor het theater vernoemd naar Susan Sontag.
Japin is oud-medewerker van de papieren Tzum en bovendien ben ik met hem bevriend, dus dan is het lastig om onbevangen een recensie te schrijven. Wat me opvalt, is dat het succes van zijn boeken volledig losstaat van de literaire kritiek in de kranten. Ik denk dat een kleine speldenprik in deze roman daar ook op slaat. In hun studietijd lezen Susan en Cody verder in de wereldliteratuur, maar de romans verliezen ‘er wel aan warmte’.
Ons enthousiasme voor boeken leed onder het analytisch denken waarin wij tijdens de colleges werden getraind. Alsof wij afstand namen van de schrijvers die wij vroeger omhelsden. Zomaar van iets genieten werd verdacht, je door een verhaal laten meeslepen een zonde.
Daar zie je, denk ik, de kloof tussen de lezers en de critici. Japin weet altijd een boeiend verhaal te vertellen, hij opent tegelijkertijd werelden (nu de wereld van Sontag, in het verleden het leven van Vaslav Nijinsky, Alberto Santos-Dumont, Pjotr Iljitsj Tsjaikovski om er maar een paar te noemen) die verder reiken dan de grachtengordel. Los daarvan laat hij in elk boek zijn persoonlijke leven resoneren en dat wordt opgepikt én herkend door veel lezers. De mijlpaal van 1250 lezingen die Japin onlangs behaalde, bevestigt die enorme kloof tussen een trouw lezerspubliek en de aan belang inboetende kritiek.
Cody Garner vertrok naar Sarajevo om zijn vriendin te assisteren, maar hij ontvluchtte ook iets: zijn aan aids stervende geliefde. Cody moet eveneens de beslissing nemen wie en wat hij offert in het belang van de kunst. Zijn innerlijke strijd is een andere, zijn verhaal een ontroerend tijdsbeeld (dat natuurlijk met het werk van Sontag te maken heeft) waarbij je opeens weer herinnerd wordt aan die tijd dat een groot deel van de gay community als zieke paria’s werd weggeborgen. Ook dat is nog tijdens ons leven gebeurd. Ook daar was het wachten op een vorm van verlossing. Susan Sontag was op de juiste tijd op de juiste plaats in Sarajevo. Als Cody vertrekt uit Sarajevo weet hij dat zijn tijd en zijn plek elders is. Voor beiden geldt dat hun persoonlijke aanwezigheid van wezenlijk belang is voor anderen. Daarmee is het Het Stravinsky-spel niet alleen een pleidooi voor kunst, maar ook voor medemenselijkheid.
Coen Peppelenbos
Arthur Japin – Het Stravinsky-spel. De Arbeiderspers, Amsterdam. 288 blz. € 24,99.
Arthur Japin heeft geweldig goede ideeën voor verhalen. Zijn dagboeken lezen als avonturen romans. Zijn romans vind ik onleesbaar. Gewoon slecht geschreven.
Ik lees Het Stravinsky-spel met mijn boekenclub en heb het verhaal omarmd. Het mooiste in het leven is als iemand je nodig heeft. Ik ga zeker, Geluk, een geheimtaal lezen en De Toverberg herlezen en Susan Sontag. Dat is wat een goed boek met je doet, je wil meer lezen.