Nieuws: 149 manuscripten dingen mee om het Boekenweekgeschenk 2025 te worden
De negenkoppige jury onder leiding van literair criticus Rik van de Westelaken zal het nog moeilijk om te bepalen wie het Boekenweekgeschenk 2025 geschreven heeft, want er zijn maar liefst 149 manuscripten ingeleverd voor de novellewedstrijd die de CPNB heeft uitgeschreven.
We zijn overdonderd door de enorme hoeveelheid ingestuurde verhalen. Want het is niet niks om een verhaal te schrijven en in te sturen. Dat zoveel schrijvers hopen dat hun naam straks prijkt op de omslag van het Boekenweekgeschenk bewijst maar weer hoe uniek deze Nederlandse traditie is. We zijn al fanatiek aan het lezen met z’n allen en dat is echt genieten! Er zit absoluut een fantastisch Boekenweekgeschenk bij dat alle lezers in Nederland naar de boekhandel zal doen gaan. Maar het wordt voor ons als jury absoluut geen gemakkelijke keuze.
De winnaar wordt pas een maand voor de Boekenweek bekendgemaakt. Van woensdag 12 t/m zondag 23 maart 2025 vindt de 90ste Boekenweek plaats.
Jamal Ouariachi fulmineerde vorige week nog in de NRC (zoals hij eerder deed in Trouw) tegen deze actie van de CPNB.
Vele tientallen schrijvers hebben daarom in de maanden mei en juni zich uit de naad gewerkt om een novelle van tussen de 19.000 en 21.000 woorden op papier te krijgen. Wie niet wint, heeft voor niks geschreven. Hooguit is de eigen uitgever van zo’n schrijver bereid die novelle alsnog uit te geven. Niemand dwingt die schrijvers om aan zo’n wedstrijd mee te doen, maar dat is niet mijn punt. Waar het om gaat is dat ook bij de CPNB blijkbaar de attitude heerst dat een schrijver zijn werk wel eventjes voor niks zal doen.
Er is helemaal niemand bij de CPNB die erover piekert om zélf zonder salaris te werken. De stichting, die hoofdzakelijk gefinancierd wordt door uitgevers, boekhandelaren en bibliotheken, weet jaarlijks „rond de 6 miljoen euro” bij elkaar te schrapen, volgens het jaarverslag van 2023. Daarvan wordt 35 procent besteed aan personeelskosten: salarissen, pensioenen en „externe inhuur”. Dat komt dus neer op ruim 2 miljoen euro, en zelfs wanneer je de helft daarvan aan die externe inhuur toeschrijft, blijft er voor de 25,4 fte-werknemers nog een uitermate degelijk salaris over.
149 collega’s van Ouariachi dachten daar toch anders over. Bij de aankondiging van de wedstrijd verwachtte het CPNB tussen de 50 en 100 manuscripten te ontvangen, dat aantal werd dus ruimschoots overschreden. De manuscripten werden anoniem ingestuurd en worden ook anoniem beoordeeld, waardoor er een literair oordeel geveld kan worden los van de reputatie en geschiedenis van de auteur.
De jury van dit Boekenweekgeschenk bestaat uit: Noah de Campos Neto, Liesbeth Rasker, Lidewijde Paris, Jan Peter Prenger, Rik van de Westelaken, Ernestine Comvalius, Tiziano Perez, Hanna Bervoets en Tom Lanoye.
De kritiek van Ouariachi deel ik niet. Sterker nog, ik vind dat alle commerciële belangen hier uitgeschakeld zouden moeten worden ten behoeve van de kunst, de literatuur, en dat het CPNB de ballen zou moeten hebben om de wedstrijd voor iedere auteur open te stellen, dus niet alleen voor hen die al ondergebracht zijn bij een (commerciële) uitgeverij. Pas dan zou het zuiver om de eer gaan en wie weet wat voor verrassingen er dan tevoorschijn zouden komen!
Evenals Dietske Geerlings vind ik het idioot dat alleen auteurs die bij de grote bekende uitgeverijen zijn/worden uitgegeven, mee kunnen dingen. De auteurs van mijn kleine uitgeverij hadden – ondanks de heldere taal van Jamal Ouariachi – maar wat graag een poging gewaagd.