Stuk gelummelde dagen

Is zij de moeder van of is hij de zoon van? Hanneke Groenteman, afgelopen zomer nog indrukwekkend terug in ieders blikveld als scherpzinnige presentator van Zomergasten met Pierre Bokma, is voor de oudere lezertjes misschien wel in de eerste plaats de even gemoedelijke als kritische gastvrouw van het zondagse cultuurmagazine op televisie De Plantage. 85 is ze inmiddels en ze is wel de laatste die daar geheimzinnig over doet. Het is wat het is, kun je zeggen en dat zou ook zomaar de ondertitel van Hallo jongens, een bundeltje milde memoires, hebben kunnen zijn.

Een paar jaar geleden schreef oud-minister van cultuur Hedy d’Ancona al succesvol over vitaal ouder worden; opgewekt, geestig en realistisch. Je zou Hanneke Groenteman iemand uit een vergelijkbaar nest kunnen noemen, uit de oude PvdA- en Vara-school, met feminisme als onvermijdelijk ingrediënt.

De speelse boomergeneratie, tegenwoordig niet altijd geheel onbegrijpelijk weggezet als onverantwoordelijk en naïef, vormde ook een voorhoede, waar huidige generaties de vruchten van plukken. Hoe tastend en rommelig de eerste schreden op die lange weg van emancipatie ook waren. Hanneke Groenteman schrijft in dit boekje over het toeval dat haar hielp, de mensen die haar kansen gaven, de tijd die zo meezat en haar eigen gewoonheid, toen en nu. Soms zelfs zo vaak dat je haar zou willen toeroepen: niet alles kapot relativeren.

Want dat is wat ze opvallend vaak doet in deze bundel gevuld met vriendelijke herinneringen. Natuurlijk speelt mee dat de hoofdstukjes deels gebaseerd zijn op columns die ze schreef voor het maandblad Zin, dat gepensioneerden tot doelgroep heeft. Het gaat waarschijnlijk mede ook daardoor over liefde voor poezen, geraniums, samen films kijken met haar dertienjarige kleindochter (Audrey Hepburn was en is haar favoriet en zo wou ze zo graag zelf zijn) en terugverlangen naar dagen waarop je je lekker kunt vervelen, net als vroeger. Maar dat lukt nog steeds niet echt, want tegenwoordig geeft ze les in interviewen.

En nu moeten we de verveling opnieuw inplannen in onze agenda. Gewoon een lege bladzij reserveren, die ik invul met laat opstaan, kopje koffie, krantje, mailtjes, een appje hier, een telefoontje dar (dat laatste steeds minder), een programmaatje terugkijken, een kleinkind en hup, de dag is alweer stukgelummeld. De heerlijkste dagen zijn dat.

Niks mis mee, maar misschien hadden lezers wel juist uitgebreider en wat minder oppervlakkig willen lezen over Groentemans leven, werk en opvattingen. En wat minder over wat ze meent allemaal niet te kunnen, zoals opruimen en opvoeden. Ze is immers een van de grande dames van de Nederlandse tv.

Tegenwoordig mag ze af en toe inbreken in de podcast van haar zoon Gijs en diens kompaan Teun van de Keuken. Daarbij roept ze dan uit ‘Hallo jongens’, wat hierdoor meteen de titel van dit bundeltje werd. Terwijl die activiteit slechts marginaal mag heten vergeleken met haar eigen carrière.

Prettig leesbaar is het pretentieloze Hallo jongens beslist. Daarnaast wijst Groenteman op films die een nadere kennismaking verdienen en valt er wat te leren over het nog tamelijk recente verleden, dat soms zowaar de actualiteit aantikt. Toen zij in 1968 de wegens een belastingschuld naar België gevluchte Johnny Jordaan interviewde, waar hij in Antwerpen een Jordanees café begon, bleken talrijke etablissementen in die stad aan de voordeur al te laten weten dat ‘Noord-Afrikanen niet gewenst’ zijn. Te interpreteren naar eigen smaak.

André Keikes

Hanneke Groenteman – Hallo jongens. Een zelfportret in stukjes. Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam. 158 blz. € 17,50.