Recensie: Jill Lepore – Het beest Amerika
Het beest in de bek kijken
Hoe is het mogelijk dat Donald Trump, na een eerste chaotische en gewelddadige ambtstermijn, zijn presidentschap heeft kunnen bestendigen? Hoe is het mogelijk dat een meerderheid van de Amerikanen deze potentaat opnieuw vertrouwen heeft gegeven? Deze vragen houden talloze journalisten bezig en zullen ook in de toekomst heel wat historici hoofdbrekens kosten. Antwoorden zullen zeker niet eenduidig zijn; we zullen daarvoor te rade moeten gaan bij recente ontwikkelingen in de Amerikaanse politiek en samenleving.
De gelauwerde Amerikaanse hoogleraar en publicist Jill Lepore houdt al jarenlang de vinger aan de pols bij wat zich afspeelt in haar land. In haar boeken en artikelen combineert ze heldere analyses en historische diepgang. In Het beest Amerika zijn twintig essays gebundeld die Lepore in de jaren 2012-2022 publiceerde in het tijdschrift The New Yorker. Het was geen vrolijk tijdsgewricht, zo schrijft ze al direct in haar inleiding: ‘een periode van vreselijk en tragisch verval in de Verenigde Staten: onstuimige, schrijnende jaren gekenmerkt door toenemend politiek geweld, een eindeloze en venijnige cultuuroorlog, een reeks constitutionele crises, rampzalige klimaatverandering en een wereldwijze pandemie’.
De kracht van deze essays schuilt vooral in de historische diepgang die Lepore erin aanbrengt. Zo duikt ze in haar beschrijving van het endemische geweld dat de Verenigde Staten plaagt in de geschiedenis van het roemruchte tweede amendement van de Amerikaanse grondwet, dat burgers het onvervreemdbare recht geeft om wapens te bezitten en te dragen, en dus ook te gebruiken.
Lepore zoekt een mogelijke verklaring voor het feit dat in de VS niet de staat, maar burgers het alleenrecht hebben op wapenbezit in het gegeven dat, toen eind achttiende eeuw de Amerikaanse grondwet werd opgesteld, er van een staat nog amper sprake was. Er werd toen een democratie uitgeroepen in een land dat bijna geen staatsmacht bezat, terwijl dat in Europa precies omgekeerd was: ‘daar hadden de volkeren het staatsgezag en het staatsmonopolie op geweld allang aanvaard tegen de tijd dat Europese staten – in een lang proces dat de hele negentiende eeuw in beslag nam – democratieën werden’.
In haar analyse van de groeiende polarisatie in politiek en samenleving legt Lepore een duidelijk verband met de toenemende kloof tussen arm en rijk, waarbij beide verschijnselen elkaar in een verstikkende wurggreep houden.
Hoe kleiner de kloof tussen rijk en arm, hoe gematigder onze politici; hoe groter de kloof, hoe grote de onenigheid tussen progressieven en conservatieven. Hoe groter de onenigheid tussen progressieven en conservatieven, hoe minder het Congres gedaan krijgt; hoe minder het Congres gedaan krijgt, hoe groter de kloof tussen rijk en arm
Het aantreden van de nieuwe Amerikaanse regering, waarin miljardairs de boventoon voeren, biedt geen enkele hoop dat deze vicieuze cirkel van ongelijkheid en polarisatie doorbroken kan worden. Ook van een impeachment tegen Trump valt geen heil te verwachten, zo betoogt Lepore in haar historische analyse van dit vermolmde, van de Britten overgenomen machtsmiddel dat in de loop van de geschiedenis niet meer dan een paardenmiddel is gebleken.
Toch laat Lepore niet alle hoop varen als ze constateert dat nu, net als in de jaren dertig van de vorige eeuw, niet alleen in de VS maar wereldwijd de democratie onder druk staat. In de jaren dat president Franklin D. Roosevelt de Amerikaanse economie en samenleving met zijn New Deal nieuwe impulsen gaf, kreeg ook de democratie in het land een enorme boost. In het hele land sloegen burgers van allerlei pluimage de handen ineen om te delibereren hoe ze de democratie nieuw leven konden inblazen. Het waren burgerberaden avant la lettre van ‘leraren, gemeenteraadsleden, bibliothecarissen, dichters, vakbondsmensen, kunstenaars, buurtwerkers, militairen, burgerrechtenactivisten en onderzoeksjournalisten. Ze wisten wat ze wilden verdedigen en dat deden ze, al wisten ze ook dat ze zowel van links als van rechts onder vuur zouden komen te liggen.’
Dit essay over ‘Het democratische hart’ is een hoopvolle noot in een bundel waarin Lepore ‘het beest Amerika’ diep in de bek kijkt. Het is te hopen dat dat beest de geest hervindt waarmee het zichzelf in de jaren van de New Deal uit de put wist te redden.
Roeland Sprey
Jill Lepore – Het beest Amerika. Uit het Engels vertaald door Rob Kuitenbrouwer en Frank Lekens. De Arbeiderspers, Amsterdam. 342 blz. € 24,99.