Column: Karel ten Haaf – Vakantielezing
Natuurlijk had ik wat boeken over boksen meegenomen. Ik mocht dan vakantie hebben (zoals de lezers van Tzum hopelijk is opgevallen, want ik publiceerde vier weken lang geen column), dat wil natuurlijk niet zeggen dat ik de ledigheid tot in het absurde moest omhelzen: niet alleen had ik mij voorgenomen om me in Zuid-Frankrijk bezig te houden met de transcriptie van de interviews die Daniël Dee en ik vechtsportlegende Peter Aerts afnamen ten behoeve van de door ons te schrijven biografie van onze K-1 held, ook wilde ik bekijken wat collega-vechtsportauteurs ervan gebakken hadden. In mijn koffertje bevonden zich dan ook de in 2003 bij Uitgeverij Atlas, gevestigd te Amsterdam/Antwerpen, verschenen Nederlandse vertaling van een boksverhalenbundel Million $$$ Baby van F.X. Toole (‘zijn ogen zijn kouder dan de lul van een dode eskimo’ – pagina 54, vertaling Janet van der Lee) – de oorspronkelijke titel van dit boek, zo lees ik in het colofon, luidt voor mij volkomen onverwacht Rope Burns – en het door David Margolick geschreven Beyond Glory. Joe Louis vs. Max Schmeling and a World on the Brinck (Bloomsbury Publishing Plc, London 2005), een prachtboek over veel meer dan boksen: racisme, nationalisme, de opkomst van het nationaalsocialisme (en met een gedicht van Max Schmeling, te vinden op pagina 19: Künstler, schenkt mir Eure Gunst – Boxen ist auch ’ne Kunst!; op bladzijde 99 omschrijft Margolick boksen als ‘the manly art’).
In een noot (p. 325) wordt de Amerikaanse komiek W.C. Fields aangehaald, die uitlegt waarom Max Schmeling neerging na een stoot op een nier:
“It simply bears out what I’ve always contended,” he told Ed Sullivan. “A kidney needs a good alcoholic lining to stand up under wear and tear. Schmeling was the victim of clean living. I dare say that if Louis or any other professional slasher dealt me such a blow that their hands would crumple from the impact. As a result of long and serious drinking, I’ve developed protective ripples of muscles over my kidneys.”
En op pagina 347 citeert Margolick een geestig krantencommentaar uit 1961, geschreven naar aanleiding van het bezoek van Schmeling aan de VS om als toeschouwer aanwezig te zijn bij het derde zwaargewichttitelgevecht tussen Floyd Patterson en Ingemar Johansson:
“Max Schmeling invaded Miami Beach, which took some courage, although Max, like sixty-seven million other Germans, was never a Nazi,” Roger Kahn wrote in the Herald Tribune. “As I get the picture, there were never more than five or six Nazis in Germany, but, of course, they worked very hard.”
Naast deze sportboeken zat in mijn koffertje ook de roman Here Weg van Jan Veenstra (Uitgeverij Passage, Groningen 2012), de hoofdpersoon waarvan een kermisbokser is. Opvallend aan deze roman is dat er geen data genoemd worden, geen jaartallen, maar dat het verhaal toch heel precies in de tijd geplaatst wordt: aan de hand van historische gebeurtenissen, vooral bokswedstrijden van Rudi Koopmans, kan de lezer vaak tot op de dag nauwkeurig bepalen wanneer welke handeling plaatsvindt.
Minstens zo opvallend is dat er in het boek een homoseksuele kermisbokser voorkomt – al heeft Kareltje, de bokser in kwestie, zijn geaardheid altijd voor zich gehouden. Ook in het werkelijke leven zijn boksers niet geneigd om uit de kast te komen: de eerste professionele bokser die dat deed was Emile Griffith, die in 2005 aan de The New York Times vertelde dat hij relaties had met zowel mannen als vrouwen – Griffith was ten tijde van zijn coming out al decennia niet meer actief als bokser. Hij werd gevolgd door Christy Martin, wereldkampioen licht weltergewicht bij de vrouwen, die aan het eind van haar carrière vertelde dat ze lesbisch was. En deze week was er de eerste nog actieve prof die vertelde homo te zijn – ‘I want to be true to myself, I have always been and always will be a proud gay man’ aldus de 31-jarige Puorto Ricaanse vedergewicht Orlando Cruz, voormalig wereldkampioen voor de WBA en huidig nummer vier op de wereldranglijst van de WBO, die wellicht binnenkort om de WBO-wereldtitel vecht. Voor alle kunstliefhebbers nu een prachtige partij van een jaar geleden: op 14 oktober 2011 stond Cruz (16 gewonnen, 2 verloren, 1 onbeslist, 7 ko’s) in de ring tegenover de ongeslagen Michael Franco (19 gewonnen, 0 verloren, 12 ko’s).
De grap over de roze handschoenen zal ik niet maken.
Kareltje ten Haaf