Recensie: David Pefko – Levi Andreas
Weg van de strijkplank
Met twee andere vrouwen strijkt Rosa wasgoed in een stomerij. Ze is te hoog geschoold voor het baantje, maar de eentonigheid van het werk past goed in de verwerking van de zelfmoord van haar moeder. Haar broer is direct na haar dood naar New York gevlogen en nooit meer teruggekomen. Haar vader is een beetje in de versukkeling geraakt.
De dingen veranderen in de stomerij als Rosa in een overhemd een nogal angstaanjagend briefje vindt van Levi Andreas. Vanaf dat moment is ze erop gebrand om deze Levi te vinden. Een notitieboekje van hem dat ze via een zieke collega in handen krijgt, zet haar verder op het spoor, maar datzelfde boekje is ook de oorzaak van een reeks schokkende gebeurtenissen in de stomerij. Een moord zorgt ervoor dat de stomerij dichtgaat en daarnaast is de dood van haar vader het laatste zetje in de rug van Rosa om zich weer letterlijk in het leven te begeven. Dat doet ze eerst in de voetstappen van Levi Andreas: ze gaat naar zijn vaste hotel in Brussel en vanaf dat moment begint er een wat vreemde correspondentie op gang te komen.
In Levi Andreas, het debuut van David Pefko (1983), is gekozen voor deze nogal ingewikkelde manier om de hoofdpersoon uit haar lethargie te wekken. In het eerste deel lees je alternerend de verhaallijn van Rosa en van Levi, maar naarmate we verder in de roman komen en Rosa Levi dichter op de hielen zit kom je minder en minder van Levi te weten. Alleen zijn brieven aan haar geven nog wat informatie.
Er zitten twee bezwaren aan de brieven. Als Rosa eerst gewoon in de roman vertelt wat ze doet en waar ze naar toe gaat (ze gaat zelfs diep Zuid-Amerika in, naar het einde van de wereld, om Levi te vinden) en daarna nog eens in haar brieven opschrijft wat ze net verteld heeft, dan krijg je overbodige herhalingen in de roman. De roman had met wel honderd bladzijden ingekort kunnen worden en dan was er niets essentieels verloren gegaan.
Daarnaast is het nogal ongeloofwaardig dat de brieven tussen Rosa en Levi telkens aankomen. Al bevinden ze zich zelfs in de meest onbewoonbare gebieden, er komt toch nog een oud vrouwtje aanlopen met de bewuste brief in de hand. Als de TNT maar half zo efficiënt was! Ik heb lange tijd ook gedacht dat die hele Levi Andreas slechts een imaginaire figuur was, bedacht door Rosa om zich een weg naar het leven te banen. Alleen in die constructie wordt de ongeloofwaardigheid opgeheven, omdat je dan te maken zou hebben met een onbetrouwbare verteller. Dat is, denk ik, een foutieve lezing van deze roman (maar romantechnisch zou die lezing heel wat problemen uit de weg ruimen).
Het begin van de roman, dat nog zeer realistisch is, vind ik het sterkst; naarmate het verhaal vordert en het meer over de zin van het leven gaat, de vlucht voor het bestaan en het einde van de wereld, neemt ook een vet romantische toon, die niet mijn voorkeur heeft, de overhand. Ik ben wel benieuwd naar een volgend boek van David Pefko, want ik vraag me af in welke richting hij zich gaat ontwikkelen.
Coen Peppelenbos
David Pefko – Levi Andreas. Van Oorschot, Amsterdam. 380 blz. € 17,50.
Deze recensie verscheen eerder op Literair Nederland, 2 januari 2010.