Recensie: Herman Koch – Zomerhuis met zwembad
In een ondertoon van woede
Hoe ver mag je gaan om je kind te verdedigen? Dat lijkt de centrale vraag te zijn in Zomerhuis met zwembad van Herman Koch. Geen nieuw thema voor de vele lezers van Het diner, wel een thema dat op een totaal andere manier is uitgewerkt. Hoofdpersoon is de narrige huisarts Marc Schlosser, een man die nog tijd neemt voor zijn rijke patiënten, maar ze tegelijkertijd van harte minacht.
In de praktijk van Schlosser zitten veel acteurs, komieken en mensen van de televisie. Tot ergernis van de dokter krijgt hij veel uitnodigingen voor recepties en premières. Dat geeft de schrijver de mogelijkheid om zijn afkeer van het moderne toneel breeduit te etaleren, zoals hij in Het diner de merkwaardige gebruiken in restaurants belachelijk kon maken.
Toneelstukken die ‘op basis van improvisaties’ tot stand zijn gekomen zijn het ergst. Er is een hoop gemompel. Er zijn losse flarden tekst en dialoog die ‘aan de werkelijkheid zijn ontleend’. De acteurs en actrices dragen zelfgenaaide kleding. Voorstellingen op basis van improvisaties duren doorgaans korter dan voorstellingen met een uitgeschreven tekst, maar het is als met de gevoelstemperatuur. Het kan veel kouder of warmer aanvoelen dan de temperatuur die je op de thermometer afleest. Je kijkt naar de zelfgenaaide kleding. Volgens de gevoelstijd is er al een halfuur voorbij, maar de wijzers van je horloge liegen niet.
Het is deze sarcastische toon die Schlosser steeds bezigt als hij het over de theaterwereld of zijn patiënten heeft. Politiek incorrecte teksten over vrouwen, homoseksuelen en kinderen (‘Alle vaders willen liever een zoon dan een dochter.’) maken van de huisarts een botte hork. Gelukkig blijft Koch niet in dat type steken, want als er iets heftigs gebeurt met één van zijn dochters zien we juist het tegendeel: een overbezorgde vader die op wraak uit is.
Inmiddels valt er wel een lijn te ontdekken in de romans van Koch, namelijk die ondertoon van woede tegen de wereld. In zijn debuutroman Red ons, Maria Montanelli, maar ook in zijn latere werken Odessa Star en Het diner. Een woede die zich richt tegen aanstellers, poseurs en mensen die zwelgen in hun eigen zwakte. Daarnaast hebben de hoofdpersonen wel een licht gewelddadige inslag en zie daar het explosieve mengsel waarop de romans van Koch gebaseerd zijn.
Het zou jammer zijn om hier veel te vertellen over het plot, want juist de kracht van de roman ligt in de brokkelige manier waarop Koch zijn informatie verdeelt. Het verhaal begint in het heden als Schlosser voor het Medisch Tuchtcollege gesleept wordt door de vrouw van de overleden toneelspeler Ralph Meier. Daarna ga je naar het verleden waarin Koch je steeds op het verkeerde been zet. Telkens denk je te weten hoe het verhaal verder gaat, telkens word je verrast.
De onvoorspelbaarheid van het boek en de behoefte aan prikkelende stellingnames van de hoofdpersoon (en de neiging om te sarren van de auteur, want waarom heeft de acteur een joodse naam en de arts een Duits klinkende naam) maken Zomerhuis met zwembad tot een pageturner. Dat neemt niet weg dat er in dit verhaal wel degelijk op een zeer harde wijze stelling wordt genomen tegen pedofilie. Een stellingname die de ergst denkbare wraak rechtvaardigt. In die zin reduceert Koch zijn hoofdpersonages (ook in Het diner) tot wezens die keuzes maken louter op basis van primitieve oerdriften. Die driften vertellen je dat je als vader tot het uiterste mag gaan om je dochter te verdedigen. Deze roman is spannend met een onderliggende boodschap die huiveringwekkend is. Een terechte bestseller.
Coen Peppelenbos
Herman Koch – Zomerhuis met zwembad. Anthos, Amsterdam. 382 blz. € 20,95.
Het verhaal zelf vond ik wel echt goed verzonnen. Het was een bloedstollende thriller met ook een paar zeer verrassende elementen. In het boek werd de dochter van huisarts Marc Schlosser verkracht. Dit zorgt ervoor dat je als lezer automatisch op zoek gaat naar elementen die wijzen in de richting van een verdachte. De auteur heeft mij op een listige manier op een dwaalspoor gezet door allemaal kleine hints te geven in de richting van één bepaalde persoon. Die blijkt echter onschuldig. Op het einde van het verhaal vallen alle puzzelstukjes op zijn plaats. Je komt te weten wie Julia –de dochter van Marc- heeft verkracht. Door dit verrassingselement vind ik het boek zeker geslaagd. De auteur was er namelijk in geslaagd de lezer op een verkeerd spoor te zetten zonder argwaan te wekken. Ik had op geen enkel moment door dat Ralph -de verdachte- onschuldig zou zijn.
Verkillend cynisme!
Nog erger dan in zijn eerste boek, over zijn middelbare schooltijd.
Dit is een auteur die niet van mensen houdt.
Hoewel onderhoudend en spannend, is het een akelig boek zonder literair niveau .
Even recapituleren: Als uit een fictief boek verkillend cynisme blijkt, dan houdt de auteur niet van mensen. En als een auteur niet van mensen houdt, dan is een boek akelig en zonder literair niveau. Tja, geen speld tussen te krijgen.