Column: Guus Bauer – Een handdruk en klaar
Een handdruk en klaar
We zijn geboren om enthousiast te zijn tot de dood erop volgt, maar er blijken, ook voor de naïeve literatuurbetrachter, toch grenzen te zijn. Jaar in jaar uit doe je voor een literaire manifestatie, de viering van de opening van het herfstboekenseizoen, voorstellen tot uitnodiging van wereldschrijvers. ‘Voor John Irving volstaat het als de reis- en verblijfskosten worden vergoed.’ Herta Müller? Graham Swift? Er zal wat zijn afgelachen bij het propagandacollectief, de organisatie die qua structuur iets weg heeft van een omgekeerde piramide. De eenling, de zonderlinge gek. Begrijpelijk, ik neem mijzelve slechts bij hoge uitzondering serieus.
De persvoorlichter gaf tussen neus en lippen eindelijk eens uitsluitsel: ‘O, maar zo werken wij niet. Het initiatief moet uitgaan van de uitgevers.’ Wie zegt dat de afdeling marketing dan wel publiciteit van de uitgeverij moet worden overgeslagen? Al hebben we daarvoor, ruiterlijk toegegeven, niet veel aansporing nodig. ‘Ik moet nu verder,’ zei de voorlichter gehaast, ‘er wachten een heleboel lijntjes op me.’
Over riemen, tuigjes en halsbanden gesproken waaraan met rondgeleid kan worden. Ergens in het prille begin van dit jaar, vlak na het Vers-pers-gebeuren, klopte uw inktslaaf bij hetzelfde collectief aan om hulp. Van 14 mei tot en met 14 juli wilde hij samen met een fotograaf door Nederland treinen, stationsgebouwen vastleggen en wanneer iemand te betrappen was op het lezen van een boek diegene daarover interviewen. Een contract van een uitgever had hij al op zak. Zou de hoofdsponsor van het collectief genegen zijn om twee abonnementen voor drie maanden beschikbaar te stellen?
(Advies van een bevriende bankier: je kunt beter om een paar miljoen vragen dan om een fooi.)
Het kan ook anders. Morgen, maandag 7 juli 2014, neemt Hans van Velzen afscheid als directeur van de Openbare Bibliotheek Amsterdam. Onder zijn leiding had die organisatie ook de vorm van een piramide. Hans liet er geen twijfel over bestaan wie er aan de top zat. Hij, ook iemand die enthousiast is tot de dood erop volgt, was bij elke manifestatie aanwezig. Of die nu vroeg in de ochtend, of laat in de avond plaatsvond.
Hans en ik hebben een twintigtal boeken geproduceerd. Natuurlijk voor de OBA, maar ook voor onder meer Amsterdam Wereld Boeken Stad, de Tweede Kamer, IHLIA, het scheepvaartmuseum en de uitleen in Alphen aan de Rijn. Voor geen enkele van deze producties is ooit een contract getekend. Ik vervoegde me in de directiekamer op de achtste verdieping van het hoofdgebouw van de bibliotheek naast het CS, we bespraken de oplage, de prijs en zo nodig de inhoud. Een handdruk en klaar. Hans, ik ga je missen. Wat dacht je ervan om een uitgeverij te beginnen?
Guus Bauer