Radio: Het keerpunt met Peter Buwalda
Over de tijd dat Buwalda nog bij de boekhandel kwam om te vragen naar Noodlot van Couperus: ‘Maar ik wist niet wie het had geschreven.’ Mathijs Deen sprak met Peter Buwalda over het begin van zijn schrijverschap. Maar hij werd eerst lezer voor hij schrijver werd.
Ja mensen, de literatureluur is een serieuze aangelegenheid. Daar mag men niet te licht over denken.
Ik snap die reactie niet bij dit gesprek waarin licht, maar vol passie over het lezen en schrijven wordt gesproken.
Ik vond het ietwat hoogdravend allemaal. Neiging tot zelfoverschatting. Alsof hij zich alleen maar in schrijvers van wereldformaat herkent en zich alleen met hen vergelijkt. Zijn opmerking over kleine uitgeverijen waar , vindt hij,veel rommel wordt uitgegeven bijvoorbeeld. Vergelijk dit citaat uit een interview met Jeroen Vullings: \’Na mijn tijd in Enschede kwam ik in de literaire uitgeverij te werken en als redacteur hanteerde ik twee latten: die van de wereldliteratuur en die van uitgeverij L.J. Veen – het hoogteverschil was immens. Dat had iets ontluisterends, maar het heeft me ook afgeholpen van de schroom om zelf te schrijven.\’ Einde citaat. Ik vind zijn woorden een belediging voor al die schrijvers die hij als redacteur heeft begeleid. Ja en daar was ik er 1 van. Logisch dat ik me aangesproken voel. Iets anders wat hier minder mee te maken heeft, is dat ik het jammer vind dat een schrijver tegenwoordig de kans niet meer krijgt zich te ontwikkelen. Niet iedere debutant schrijft meteen zijn meesterwerk.
Vergelijk dit citaat uit een interview met Jeroen Vullings…
moet zijn: vergelijk deze opmerking met het volgende citaat(uit een interview met Jeroen Vullings)