Reportage: Tweede dag Read my World
Na de Openingsrevue van Read my World staat de tweede dag vooral in het teken van gesprekken met de curatoren en de buitenlandse gasten over thema’s als toerisme als nieuw kolonialisme en Haïti. Ondergetekende woonde eerst de Middag van het Kinderboek bij in de Openbare Bibliotheek Amsterdam en is net op tijd op het terrein om de Dichtersmarathon van start te zien gaan.
Bij de Dichtersmarathon die Joost Baars en Thomas Möhlmann af en toe organiseren treden tientallen dichters op in een vrij kort tijdsbestek. Alle deelnemers dragen drie gedichten voor, tweemaal eigen werk en een gedicht van een buitenlandse dichter. De buitenlandse dichters dragen als ‘extra’ gedicht een Nederlands gedicht in vertaling voor. Met een line-up die (grotendeels) niet had misstaan op Het Tuinfeest en Dichters in de Prinsentuin is er veel om naar uit te kijken.
Gelukkig staan de buitenlanders Vladimir Lucien en Kendel Hippolyte op het programma die mijn verwachtingen waar maken. Beiden hebben een mooie voordracht en verrassen met werk van Maria van Daalen en Maria Barnas. Frank Keizer heeft een lange liefdesverklaring aan Gorter en Ellen Deckwitz komt met werk waarvan ik hoop dat het de bundel haalt die in januari gaat verschijnen. De variatie is goed en het is leuk om eens een programma zonder muziek of entreactes te zien, maar het tempo ligt wat mij betreft wat te hoog. Iemand als K. Schippers of Tonnus Oosterhoff had best langer gemogen en de aandacht erbij houden lukt me ook niet constant. Aangezien ik nog wat andere programmaonderdelen wil zien verlaat ik tijdens de pauze het gebouw, maar een andere keer ‘dompel ik me graag onder in de poëzie’.
Buitengekomen kan ik direct Ghayath Almadhoun achterna die na zijn mooie optreden bij de Dichtersmarathon zijn bundel Weg van Damascus gaat presenteren. Almadhoun was vorig jaar dé verrassing van Read my World en het is niet meer dan logisch dat hij hier zijn bundel met vertalingen presenteert. Désanne van Brederode neemt het eerste exemplaar in ontvangst, dit vanwege haar voorzitterschap van het Syrische Comité. Daarna volgt een bij vlagen aangrijpend gesprek tussen Almadhoun en vertaalster Djûke Poppinga waarin hij vertelt over zijn angst om terug te keren, het aantal vrienden en kennissen die zijn omgekomen (meer dan tweehonderd bij de laatste telling) en over het aanpassingsvermogen van mensen. Met zijn moeder praatte hij over de voedseltekorten terwijl hij via de telefoon bommen hoorde afgaan en toen een najaarsstorm over Engeland trok en richting Zweden dreef informeerden zijn ouders meerdere malen per dag of hij veilig was. Het maakt het lezen van zijn bundel haast ongemakkelijk, helemaal als je hem hoort uitspreken dat hij hoopt op een dag over andere onderwerpen te kunnen schrijven.
Na alle gesprekken, debatten en presentaties wordt de zaterdagavond afgesloten met een ‘literaire vuurpotpourri’. Bij verscheidene kampvuren kan je plaatsnemen om naar muzikanten en, verhalenvertellers en dichters te luisteren. Vooral de Jamaicaanse dub-poet Sheldon Shephard geeft een prachtig optreden. Ook Davlin Thomas valt weer op, nu zonder duivelhoorntjes leest hij een mooi fragment voor van zijn versie van King Lear die zich afspeelt in de Caraïben.
Het fijne van een festival als Read my World is dat je continu verrast kan worden door schrijvers die je nog niet kent. De verkenningstocht is gelukkig nog niet over, morgen sluit het festival af. Vanaf 16 uur in de Tolhuistuin.
Maarten Praamstra