Getuige Simenon (22) – La patience de Maigret
Chrétien Breukers en Mark Cloostermans duiken onder in het oceaangelijke oeuvre van Georges Simenon, de man van vierhonderd boeken. Naar aanleiding van de 25ste verjaardag van Simenons overlijden lezen zij een selectie van 25 titels, zowel Maigrets als romans durs, zijn ‘serieuze’ romans.Twee Tzum-bloggers om Simenon op de hielen te zitten.
‘Simenon, el crimen perfecto’ is een essay van de Catalaanse schrijver en Simenon-vertaler Carlos Pujol (verschenen in de krant ABC op 15/2/2003). Pujol heeft het in deze tekst onder andere over het moment waarop Simenon van een pulpschrijver een échte schrijver werd, een moment dat samenviel met de geboorte van het personage Maigret, in 1930.
De boeken van deze ‘heruitgevonden’ Simenon hadden andere kenmerken. Pujol somt op: ‘een wankele plot, enkele schaarse oefeningen in deductie, weinig logica, niet bijster veel interesse voor de kern van de zaak, wie heeft het gedaan?, wie is de misdadiger?’ (Hier wordt ‘literatuur’ gedefinieerd aan de hand een lijst gebreken en bezwaren.) ‘Het mysterie’, vervolgt Pujol, ‘verplaatst zich moedwillig naar de condition humaine van de personages, en wat ons boeit is niet langer de handeling op zich, maar het simpele feit dat men zó kan zijn’.
Condition humaine of condition féminine, want het liefst schrijft Simenon over complexe vrouwen. En na een paar boeken heb je wel door hoe het werkt: de vrouw in het hart van de handeling heeft “het” bijna altijd gedaan. Mysterie? Nee. Wel: karakter.
In La patience de Maigret (Het geduld van Maigret, 1965) heet de complexe dame Aline Bauche, een voormalig hoertje dat nu de rol van nette petite bourgeoise speelt. Aline is de vrouw van een gehandicapte misdadiger die Maigret al jaren in het oog houdt. Hij mag Manuel Palmari best. De man is een beetje een informant geweest, vroeger: hij gaf de politie net genoeg inlichtingen om goede relaties te kunnen onderhouden. Maar Maigret is er ook van overtuigd dat Palmari de spin in het web is aangaande een eindeloze reeks overvallen op kleine juwelierszaken.
Palmari zit in een rolstoel en zijn flat wordt dag en nacht in het oog gehouden. Als zijn vriendin Aline het gebouw verlaat om te gaan winkelen, wordt ze geschaduwd door een agent. De twee kúnnen geen banden onderhouden met de kleine garnalen die de overvallen uitvoeren. Toch doen ze het. Het geduld van Maigret uit de titel slaat op de tijd die al verlopen is voordat het boek begint. (Ook de lezer toont zijn geduld: geduld met Simenon, die ons wil doen geloven dat Maigret maandenlang een huis kan laten bewaken zonder dat er een overste zegt: ‘zouden we ons geld niet eens aan iets nuttigers besteden, Jules jongen?’)
De zaken komen in een stroomversnelling als Palmari met ettelijke kogels uit zijn eigen wapen wordt doodgeschoten. Aline is er kapot van. Of zo lijkt het alleszins.
Als Maigret aankomt op de plaats van de misdaad, merkt hij dat de agenten die het gebouw al de hele tijd in het oog hielden, nog geen idee hebben wat zich binnen voltrokken heeft. ‘Daar zit iets ironisch aan’, schrijft Simenon. De rest van het onderzoek zal Maigret dan ook ín het gebouw uitvoeren. Een routineklus, het ondervragen van de overige bewoners, leidt tot een intrigerend spoor – en één belangrijk element, dat Maigret lange tijd over het hoofd ziet.
Ergens zegt Maigret over Aline Bauche: ‘dit meisje, ondanks haar afkomst en waar ze vandaan komt, is veel intelligenter dan Palmari was en onder goede leiding had ze naam kunnen maken in het theater of in de film, of in eender wat.’ Het drama van Aline is dat ze die leiding te laat gekregen heeft. Bepaalde overlevingsinstincten en egoïstische kantjes laten zich niet onderdrukken. Palmari probeert, maar faalt. Maigret probeert tot haar door te dringen, op verrassend tedere en vaderlijke wijze, maar faalt eveneens. Eerder dan het ontrafelen van een ingewikkelde moordzaak, is La patience de Maigret een klein drama, over mensen die hun façades niet overeind kunnen houden en terugvallen op hun laagste instincten.
La patience de Maigret is een klassieke en goed doortimmerde Maigret, ondanks de ongeloofwaardigheden. De commissaris stelt de belangrijkste onderzoeksdaden zelf, want blijkbaar heeft een commissaris niets beters te doen dan huis-aan-huis-ondervragingen. Voor comic relief zorgt de onderzoeksrechter Ancelin, voor één keer eens geen humeurige ouwe (zoals Coméliau in de meeste Maigrets) of kritische bemoeial (zoals Angelot in Maigret et les témoins récalcitrants) maar een aan gastronomie en het goede leven verslaafde jongeman, vol bewondering voor Maigret. Van de scène waarin zij zich te goed doen aan de keuken van de Auvergne, krijg je het water in de mond.
Aan het begin van het boek speelt Simenon een beetje met de volgorde: hij monteert flashbacks en verslagen van Maigrets inspecteurs in de handeling, zodat we heen en weer lijken te springen in de tijd. Een uitstekende manier om de lange voorgeschiedenis van dit verhaal niet in één keer over de lezer uit te storten. Expositie gaat immers zo gauw vervelen. (Daarom vonden de jongens van Game of Thrones sexposition uit: personages verstrekken de kijker tonnen nieuwe informatie terwijl ze aan het neuken zijn. Een techniek die ik graag eens toegepast zou zien in een Maigret-verfilming – maar dan niet met Rowan Atkinson in de hoofdrol, alles, àlles maar dàt niet!)
Als Maigret de concierge van Palmari’s flatgebouw ondervraagt, krijgt hij onder meer het verhaal te horen over de doofstomme bewoner van een mansardekamer. De man ontvluchtte België aan het begin van de Tweede Wereldoorlog, samen met zijn vrouw en twee dochters. De trein waarin ze zaten, stond stil in een station in Noord-Frankrijk, toen het station werd beschoten door Duitse vliegtuigen. Het was een slachting, waarbij ook de doofstomme man zijn hele familie verloor.
De Tzum-lezer die deze reeks gevolgd heeft, herkent het verhaal: de vluchtelingen aan het begin van WO II, de trein, de gewonden… Het komt ook voor in Le fils en wordt vollediger uitgewerkt in Le train.
In La patience de Maigret lijkt eerst niet meer dan een geval van zelfplagiaat – Simenon die een oud idee recycleert om één van zijn personages van achtergrond te voorzien – maar ten slotte blijkt de anekdote juist cruciaal te zijn voor de gebeurtenissen die hebben geleid tot de dood van Manuel Palmari. De verwarring die werd veroorzaakt door de oorlog, de vlucht en de luchtaanval heeft twee mensen samengebracht en een verandering van identiteit mogelijk gemaakt. Maigret ontdekt dat deze zaak nog veel verder teruggaat dan hij zelf dacht.
Ik geloof niet principieel in spoilers, maar de plot van deze Maigret verdient bewondering en ik geef er de voorkeur aan, u aan te raden het boek te lezen.
Mark Cloostermans
K.H. Romijns vertaling Het geduld van Maigret is alleen nog antiquarisch te verkrijgen. De citaten in de tekst zijn mijn vertalingen uit het Frans (Simenon) en het Spaans (Pujol); zoals steeds, met een korrel zout te nemen.