Nieuws: Ziet de Raad voor Cultuur ineens weer toekomst in het papieren literaire tijdschrift?
Vandaag heeft de Raad voor Cultuur een rapport gepresenteerd waarin ze de minister van OCW adviseert over de hoofdlijnen van het cultuurbeleid voor de periode 2017-2020. Het woord ‘literatuur’ of ‘letteren’ valt niet vaak in het rapport. Wel wordt er een opvallende uitspraak gedaan over het literaire tijdschrift.
Sinds 2013 krijgen papieren literaire tijdschriften geen subsidie meer. Het Nederlands Letterenfonds investeert nog wel in een aantal tijdschriften, maar alleen als ze digitaal verschijnen of in digitalisering investeren. De eis: ‘Tijdschriften kunnen zich online op verschillende manieren ontwikkelen, zowel inhoudelijk (multimediaal werk, blogs, fora), als in vorm (tablets, apps) als in de sociale media.’
De subsidiestop voor het papieren tijdschrift werd destijds mede mogelijk gemaakt door de Raad voor Cultuur. In 2012 schreef zij namelijk aan de minister:
De tijdschriftenregeling kan echter ook aanzienlijk worden ingeperkt. Vroeger waren tijdschriften een belangrijk instrument voor talentontwikkeling van auteurs; inmiddels hebben ze sterk aan belang ingeboet.
In het rapport dat vandaag verschijnt, blijkt dat helemaal anders te liggen. De Raad voor Cultuur vindt dat het tijdschrift ineens wél bijdraagt aan ’talentontwikkeling’.
In de letterensector dragen tijdschriften bovendien bij aan talentonwikkeling, omdat ze nieuwe schrijvers een publicatiepodium bieden. Met ingang van de huidige subsidieperiode mogen de cultuurfondsen echter geen tijdschriften meer subsidiëren. Tijdschriften hebben meestal maar een klein verspreidingsgebied om zichzelf in stand te houden. Het financieel draagvlak dat zij kunnen vinden binnen de eigen sector en doelgroep is dan ook beperkt, en nieuwe verdienmodellen zijn vooralsnog ontoereikend. De raad adviseert dan ook dat deze vaktijdschriften weer een beroep kunnen doen op cultuurfondsen.
Vanwaar deze koerswijziging? Argumenten ontbreken in het rapport. Daarnaast wordt nergens gezegd dat de subsidie alleen voor digitale tijdschriften moet gaan gelden. Juicht zij de terugkeer van het papieren literaire tijdschrift toe? Vragen, vragen, vragen.
Het zou de Raad voor Cultuur sieren als ze, haar naam nakomend, al die neocon-drogredeneringen terzijde schoof en weer echt ging investeren in Cultuur. Dus ook die vm. drie ton per jaar in literaire tijdschriften die, inderdaad, essentieel zijn in de begeleiding en ontwikkeling van literair talent. Marieke Rijneveld, Maarten Buser, Vicky Francken, Sylvie Marie, Anne Broeksma, Lieke Marsman en vele andere jonge auteurs zouden zonder literaire tijdschriften niet zijn geweest waar ze nu zijn.