Column: L.H. Wiener – Vervlogen jaren
Vervlogen jaren
Op 10 juni 2014 vond er een vernissage plaats in boekhandel De Vries aan de Gedempte Oude Gracht te Haarlem, alwaar uitgeefster Eva Cossee de eerder in 1959 uitgebrachte roman Een dwaze maagd van Ida Simons opnieuw presenteerde, samen met een oud-collega Nederlands, die werkt aan een biografie over het leven van deze getalenteerde Jodin. Maar toen ik op de betreffende dinsdagmiddag om 16.30 de boekhandel betrad en het talrijke publiek waarnam, van wie het merendeel de pensioengerechtigde leeftijd ruimschoots moest hebben gepasseerd, werd het mij onverwachts zwaar te moede. Misschien omdat ik zelf de zeventig naderde, misschien ook omdat hier overduidelijk ‘een gezellig groepje mensen’ bijeen was, een gezelschap van familieleden, vrienden en bekenden, maar vooral omdat ik in één oogopslag een aantal docenten van het Stedelijk Gymnasium bijeen zag staan, als betrof het een reünie, mannen en vrouwen van verschillende disciplines, voor het merendeel aardige mensen, geen onvertogen woord, maar mensen uit een verleden waaraan ik absoluut niet meer herinnerd wilde worden.
You can’t go home again.
Mijn onderwijsverleden. Vervlogen jaren, veertig in getal, die ik misschien anders had moeten besteden. Veertig jaar onderwijs, een leven geregeerd door rinkelende bellen, door de energie vretende noodzaak om orde te houden, door het slappe gelul tijdens duizenden vergaderingen, door onbegrip of onwil, door steeds nieuwe nota’s en brochures, uitgegeven door stoethaspelende staatssecretarissen en ministers, die de een na de ander het Ministerie van Onderwijs uit hadden moeten worden geranseld, met hun onophoudelijke vernieuwingen gepresenteerd als verbeteringen, die later weer werden teruggedraaid of bijgesteld: ‘Het nieuwe leren’, ‘De tweede fase’, Het ‘leren leren’, ‘Het studiehuis’, het steunmuurloze studiehuis. Het woord school voldeed niet meer, evenmin als het woord huiswerk, dat werd vervangen door de benaming ‘studielast’, alleen al in de klank en de gevoelswaarde van dit woord een volkomen foutieve term. En dan de leraar, die ook niet meer bestond, die een ‘taakdrager’ was geworden. Godbetert. Tot het me teveel werd en ik weigerde nog langer ‘mee te denken’.
En daar stonden ze dan plotseling weer, al die gedweeë schapen, terwijl ik uit het zicht trachtte te blijven achter een pilaar, me langzaam omdraaide, het gezelschap de rug toekeerde en zo onopvallend mogelijk de winkel uit liep.
Op weg naar huis heb ik het boek van Ida Simons gekocht bij boekhandel Athenaeum, aan de overkant van de Gracht.
Het is een heel goed boek, dat ik iedereen kan aanraden.
L.H. Wiener