Recensie: Colson Whitehead – The Underground Railroad
Het waanbeeld wordt waarheid
I think that the past is all that makes the present coherent, and further, that the past will remain horrible for exactly as long as we refuse to assess it honestly.
James Baldwin- Notes of a Native Son
De onafhankelijkheidsverklaring van de Verenigde Staten, ondertekend op 4 juli 1776, is voor de Amerikanen een heilig document waarin staat: ‘We hold these truths to be self-evident, that all men are created equal’. De Amerikanen zijn bijzonder trots op deze waarheid, maar de praktijk was en is hier helaas mee in strijd. Deze hypocrisie, de tegenstelling tussen praktijk en theorie, is een belangrijk aspect van de Amerikaanse geschiedenis waar de Amerikanen zo trots op zijn. Het is zelfs een belangrijk fundament waarop het land is gebouwd. In zijn historische roman The Underground Railroad, genomineerd voor de National Book Award, fileert de Afro-Amerikaanse schrijver Colson Whitehead de fundering van de Verenigde Staten.
The Underground Railroad is hartverscheurend gruwelijk. Hartverscheurend is een term die in dit geval niet vermeden kan worden, want voor wat protagonist Cora moet doorstaan is dit misschien wel de enige juiste karakterisering. Cora is een slaaf die samen met twee andere slaven probeert te ontsnappen aan haar slavendrijvers. Via de ‘underground railroad’ probeert ze naar het noorden te reizen, naar staten waar ze vrij zal zijn. Het ondergrondse treinspoor is geen metafoor: jarenlang is er gewerkt aan een tunnel die in het geheim ontsnapte slaven over rails naar de vrijheid kunnen vervoeren. Cora’s moeder is ontsnapt van de plantage en nu waagt Cora samen met Caesar de poging om de plantage te verlaten. Ze worden opgejaagd door Ridgeway, een Cormac McCarthy-achtig personage dat geld verdient met het vangen van ontsnapte slaven.
Bij het schrijven over de grootste tragedies uit de geschiedenis – de slavernij, de holocaust – is beheersing het devies; de historische gebeurtenissen en gewoonten zijn al zo bovenmatig, dat de stijl tegenwicht moet bieden voor de juiste balans. Whitehead formuleert fluisterend: de stijl van de roman is onderkoeld. Aan het begin van de roman schetst Whitehead het leven van Cora op de plantage voor haar ontsnapping: ‘Two other women took their own lives that spring, more than usual but nothing remarkable.’ In een bijna achteloze bijzin van slechts zes woorden worden de sfeer en leefomstandigheden van de slaven op de plantage gerepresenteerd. Het werk is afmattend en zwaar, maar: ‘When the work was done, and the day’s punishments, the night waited as an arena for their true loneliness and despair.’ Als Cora is ontsnapt en het woord ‘optimistisch’ hoort, weet ze niet wat het betekent.
De slaven worden expres niet onderwezen, ze kunnen niet lezen en schrijven. Een slaaf met een boek, zegt een personage, is gevaarlijker dan een slaaf met een pistool. Cora kent de woorden van onafhankelijkheidsverklaring, omdat een andere slaaf deze kon reciteren. ‘Now that she had run away and seen a bit of the country, Cora wasn’t sure the document described anything real at all.’ De slaven waren primitievelingen, het waren Afrikanen die de vrouwen en dochters van de blanken zouden verkrachtten als ze kans hadden, het waren geen mensen, het waren beesten en daarom niet gelijk aan de witte Amerikanen. De blanken waren mensen, de slaven waren wilden. Op slechts één manier veranderd deze kloof: ‘In death the negro became a human being. Only then was he the white man’s equal.’
In het postmodernisme werd – bijvoorbeeld door William H. Gass – het personage niet beschouwd als een persoon, maar als een eigennaam, een talige constructie en een systeem van ideeën. In het post-postmodernisme is het personage (weer) menselijk en dat is precies wat Cora is: een menselijk personage. En wat menselijk is, is soms heel simpel: de wil en het verlangen naar vrijheid, niet leven als een veroordeelde gevangen vanwege je huidskleur en afkomst. De oppositie menselijk-onmenselijk is een evident thema dat Whitehead zonder sentiment verbeeldt door de handelingen en gedachten van Cora. Als de slaaf Chester een druppel wijn morst op het witte shirt van zijn slavendrijver, wordt hij voor de ogen van andere slaven afgetuigd. Cora, schrijft Whithead:
had seen boys and girls younger than this beaten and had done nothing. This night the feeling settled on her heart again. It grabbed hold and before the slave part of her caught up with the human part of her, she was bent over the boy’s body as a shield.
Dit is zo’n bijzondere historische roman omdat het verleden dat beschreven wordt nog steeds nadreunt in het heden, want de fundering van een land is de geschiedenis. ‘In America the quirk was that people were things. (…) If you were a thing – a cart or a horse or a slave – your value determined your possibilities.’ Het is een ongemakkelijke waarheid die in het heden nog steeds geldt: je waarde wordt bepaald door je (financiële) mogelijkheden. Het kapitalisme was en is een religie. Nog steeds is het gelijkheidsideaal uit de onafhankelijkheidsverklaring een illusie: kijk naar Trump en zijn aanhangers, de achterlijke anti-LGBT wetten in Indiana en North Carolina en het neerschieten van Afro-Amerikanen door de politie. De behandeling van minderheden is grotendeels de oorzaak van het veronachtzamen van de geschiedenis, door constant te roepen dat Amerika het beste en grootste land op aarde is waar Gods zegen op rust en God is onfeilbaar (zie hiervoor ook Between the World and Me van Coates). Aan het einde van de roman zegt Lander:
And America, too, is a delusion, the grandest one of all. The white race believes – believes with all its heart – that it is their right to take the land. To kill Indians. Make war. Enslave their brothers. This nation shouldn’t exist, if there is any justice in the world, for its foundations are murder, theft, and cruelty. Yet here we are.
Het waanbeeld wordt waarheid. Het heden is altijd (deels) een echo van de geschiedenis, hoe ongemakkelijk deze ook is. ‘Here’s one delusion: that we can escape slavery. We can’t. Its scars will never fade,’ zegt Lander. De gruwelen van toen zijn de basis voor de verhoudingen van nu. Het heden, schreef James Baldwin, wordt coherent door de geschiedenis.
Koen Schouwenburg
Colson Whitehead – The Underground Railroad. Doubleday, New York. 306 blz. € 17,99.